Uitleg aanwijzend vnw

Het aanwijzend voornaamwoord
1 / 20
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Het aanwijzend voornaamwoord

Slide 1 - Slide

Wat is een aanwijzend voornaamwoord in het Nederlands?
A
de / het / een
B
mijn / jouw / onze / zijn
C
voor / na / tijdens / tegelijk
D
dit / dat / die / deze

Slide 2 - Quiz

Wat zou een aanwijzend voornaamwoord dan in het Frans zijn?
A
mon/ma/mes
B
le/la/les
C
ce/cet/cette/ces
D
un/une/des

Slide 3 - Quiz

Toelichting aanwijzend voornaamwoord in het Nederlands 
Een aanwijzend voornaamwoord vertelt zelf eigenlijk al wat het doet. Je gebruikt het wanneer je iets aanwijst. Dus bijvoorbeeld:
Dat meisje heeft een mooie tekening gemaakt.
 Dat = aanwijzend vnw
Klik op het geluidsicoontje

Slide 4 - Slide

En nu even oefenen:

Slide 5 - Slide

sleep de woorden naar het juiste aanwijzend vnw 
ce
cet
cette
ces
épinards
table (v)
chaise (v)
homme (m)
stylo (m)
devoirs
journaux

Slide 6 - Drag question

_____ livre [mannelijk]
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 7 - Quiz

________ autographe [mannelijk]
A
cette
B
ce
C
ces
D
cet

Slide 8 - Quiz

______agenda [mannelijk]
A
cette
B
ces
C
ce
D
cet

Slide 9 - Quiz

________ filles [vrouwelijk]
A
ce
B
ces
C
cette
D
cet

Slide 10 - Quiz

_______ billet [mannelijk]
A
ce
B
ces
C
cette
D
cet

Slide 11 - Quiz

______ soirée [vrouwelijk]
A
cette
B
cet
C
ce
D
ces

Slide 12 - Quiz

garçons
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 13 - Quiz

_____ acteur [mannelijk]
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 14 - Quiz

_______ émission (v)
A
cet
B
cette
C
ces
D
ce

Slide 15 - Quiz

________ magazine (m)
A
cet
B
cette
C
ce
D
ces

Slide 16 - Quiz

______ journaux
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces

Slide 17 - Quiz

________ dame (v)
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 18 - Quiz

chanteuses
A
ce
B
ces
C
cette
D
cet

Slide 19 - Quiz

______ salade (v)
A
cet
B
ce
C
ces
D
cette

Slide 20 - Quiz