16. Schrijfdossier, opdracht 3

PLANNING VAN DEZE LES
Nulmeting: Marcel en Midas. De nulmeting staat open vanaf 12:05 - 13:05 uur. Je hebt oortjes/hoofdtelefoon nodig en dat uur ook. Je krijgt veertig vragen over de Nederlandse taal in het algemeen, gericht op de bouwstenen. 

1.  Overzicht Schrijfdossier
2.  Theorie werkwoordspelling
3.  Opdracht 3: het persbericht (theorie)
4.  En actie
5.  Volgende week


1 / 39
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

PLANNING VAN DEZE LES
Nulmeting: Marcel en Midas. De nulmeting staat open vanaf 12:05 - 13:05 uur. Je hebt oortjes/hoofdtelefoon nodig en dat uur ook. Je krijgt veertig vragen over de Nederlandse taal in het algemeen, gericht op de bouwstenen. 

1.  Overzicht Schrijfdossier
2.  Theorie werkwoordspelling
3.  Opdracht 3: het persbericht (theorie)
4.  En actie
5.  Volgende week


Slide 1 - Slide

1. OVERZICHT SCHRIJFDOSSIER
16 februari: het persbericht
23 februari: voorjaarsvakantie
01 maart: een onderzoeksartikel
08 maart: het formulier en een begeleidende e-mail
15 maart: het betoog
22 maart: de reflectie en controle van jouw verslag met behulp van opdracht 8.
29 maart: Goede Vrijdag

Deadline Schrijfdossier 28 maart 00:00 uur, via CumLaude inleveren


Slide 2 - Slide

2. THEORIE
Onderscheid jezelf middels werkwoordspelling!




Slide 3 - Slide

Wat onder werkwoordspelling valt:
persoonsvorm tegenwoordige tijd:   nu weet ik het
persoonsvorm verleden tijd:                   vroeger wist ik het
voltooid deelwoord:                                  ik heb het geweten
onvoltooid deelwoord:                             wetend knikte ik
gebiedende wijs:                                       weet dat dan!
bijvoeglijk naamwoord:                           de wetende student

Slide 4 - Slide

STAP 1
Wat doe je eerst bij werkwoordspelling? 

Stap 1: je zet de zin in een andere tijd en vindt daardoor de ... 




                                                       Volgende slide: quizvragen hierover

Slide 5 - Slide

Wat is de persoonsvorm in:

Henk houdt ook van bloemen

Slide 6 - Open question

Wat is de persoonsvorm in:

Samantha kijkt naar hem uit

Slide 7 - Open question

Wat is de persoonsvorm in:

Henk wordt langzaam maar zeker gek

Slide 8 - Open question

Antwoorden
Henk houdt ook van bloemen ► de pv is: 
  • houdt

Samantha kijkt naar hem uit ► de pv is: 
  • kijkt uit

Henk wordt langzaam maar zeker gek ► de pv is:   
  • wordt

Slide 9 - Slide

STAP 2
(stap 1) Je zet de zin in een andere tijd om de pv te vinden. 


Stap 2: je zoekt het hele werkwoord (het infinitief) van de pv.

Let op scheidbare werkwoorden (indienen, bijvoeren)
                 
                                                       Volgende slide: quizvragen hierover



Slide 10 - Slide

Wat is het hele werkwoord van de pv:

Henk houdt ook van bloemen

Slide 11 - Open question

Wat is het hele werkwoord van de pv:

Samantha kijkt naar hem uit

Slide 12 - Open question

Wat is het hele werkwoord van de pv:

Henk wordt langzaam maar zeker gek

Slide 13 - Open question

Antwoorden
Henk houdt ook van bloemen ► het hele ww van de pv is: 
  • houden

Samantha kijkt naar hem uit ► het hele ww van de pv is: 
  • uitkijken

Henk wordt langzaam maar zeker gek ► het hele ww van de pv:  
  • worden

Slide 14 - Slide

STAP 3
(stap 1) Je zet de zin in een andere tijd om de pv te vinden. 
(stap 2) Je zoekt het hele werkwoord, het infinitief, van de pv.

Stap 3: je haalt -en van het infinitief af. Nu heb je de stam van het werkwoord van de persoonsvorm. Dat is je basis. 


                                               Volgende slide: quizvragen over de stam








Slide 15 - Slide

Wat is de stam van de persoonsvorm in:

Henk houdt ook van bloemen

Slide 16 - Open question

Wat is de stam van de persoonsvorm in:

Samantha kijkt naar hem uit

Slide 17 - Open question

Wat is de stam van de persoonsvorm in:

Henk wordt langzaam maar zeker gek

Slide 18 - Open question

Antwoorden
Henk houdt ook van bloemen ► de stam van de pv is: 
  • houd (-en)

Samantha kijkt naar hem uit ► de stam van de pv is: 
  • uitkijk (-en)

Henk wordt langzaam maar zeker gek ► de stam van de pv is:
  • word (-en)

Slide 19 - Slide

ONTHOUDEN
(stap 1) Je zet de zin in een andere tijd om de pv te vinden. 
(stap 2) Je zoekt het hele werkwoord, het infinitief, van de pv.
(stap 3) Je haalt -en van het hele werkwoord van de pv af. 
► Nu heb je de stam van het werkwoord vd pv. Dat is je basis. 

Onthoud ook dat het Nederlands gebaseerd is op klanken: 
Plakken - de stam plakk wordt de ik-vorm plak. 
Leven - de stam lev wordt de ik-vorm leven. 








Slide 20 - Slide

3. OPDRACHT 3: het persbericht
Volg de richtlijnen in het Schrijfdossier en schrijf een persbericht over een jubileum, feest of open dag, bijvoorbeeld bij jouw stagebedrijf. 


LESDOELEN
- je kent de taalconventies van een persbericht
- je weet waar '5 W's en 1 H' voor staat

Slide 21 - Slide

Wat weet je over een persbericht?

Slide 22 - Mind map

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Belangrijke info
nieuwswaarde!
het tekstdoel is informeren
geen 'ik', maar neutraal blijven
persbericht: vaste opbouw en opmaak
- in lijn met de huisstijlregels
- gaat naar meerdere redacties
- is oprolbaar geschreven


Oprolbaar?
Een oprolbaar persbericht betekent:
  • beginnen met de belangrijkste informatie;
  • de eerste alinea moet zelfstandig leesbaar zijn;
  • informatie ordenen van belangrijk naar minder belangrijk;
  • eerst de belangrijke feiten presenteren en vervolgens pas de achtergrondinformatie;
  • na elke alinea moet een afgerond geheel bestaan

Slide 26 - Slide

--------------------PERSBERICHT----------------logo, datum
  • De kop moet over het onderwerp gaan;
  • In de eerste alinea moeten de 5 W’s + 1 H staan;
  • In de alinea's daaronder werk je die 5 W's + 1 H uit;

------------------------EINDE PERSBERICHT----------------------------

Noot voor de redactie 
- meer informatie (boilerplate), beeldmateriaal, contactpersoon en -gegevens

Slide 27 - Slide

-------------------- EINDE PERSBERICHT----------------------
Noot voor de redactie. Niet voor publicatie.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met [naam contactpersoon], [contactgegevens].

Zone.college is een onderwijsinstelling voor middelbaar beroepsonderwijs (mbo) en vmbo [enz, enz.]

Slide 28 - Slide

4. EN ACTIE
Maak een persbericht over een onderwerp naar keuze, denk aan
een open dag, een feest vanwege de nieuwbouw, een jubileum van bijv. jouw stageplek of Zone.college. Verzinnen maar!

Neem het persbericht als opdracht 3 op in je schrijfdossier, na het cv (opdracht 1) en de vacaturetekst + sollicitatiebrief via e-mail (opdracht 2). 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

5. VOLGENDE WEEK

voorjaarsvakantie


Slide 33 - Slide

EINDE VAN DE LES

Slide 34 - Slide

Na het Schrijfdossier
Bouwsteen 04. vrijdag 5 + 12 april ►Samenhang (signaalwoorden)
- vrijdag 12 april het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 04.
Niet: Ellen, Jinke, Damian, Evan en Nick
Geef aan mij door via e-mail wat jouw besluit is. 

Bouwsteen 05. vrijdag 19 + 26 april ►Hoofd- en bijzaken
- vrijdag 26 april het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 05.
Niet: Ellen, Amber, Jinke, David, Damian en Nick.
► Ook hier geldt: mij mailen. 

Slide 35 - Slide

Bouwsteen 06. vrijdag 17 + 24 mei ► Informatie en meningen
- vrijdag 24 mei het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 06. 
Wie hoeven deze bouwsteen niet te doen: Ellen, Amber, Jinke, Anton, Chris en Damian.

Bouwsteen 07. vrijdag 31 mei + 7 juni ► Evalueren
- vrijdag 7 juni het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 07.
Wie hoeven deze bouwsteen niet te doen: Ellen, Romy, Evan en Manu.

Slide 36 - Slide

Bouwsteen 08.  vrijdag 14 + 21  juni ► Samenvatten
- vrijdag 21 juni het 2e lesuur Nederlands bouwsteentoets 08.
Niet: Jinke, Leon en Nick.

Eindtoets Bouwstenen vrijdag 28 juni
- vrijdag 28 juni het 1e lesuur Nederlands de eindtoets.

Over: vijf lesuren in totaal: vrijdag 28 juni het 2e lesuur, vrijdag 5 en 12 juli. 
In die uren ga je toetsen inhalen en vereisten afronden. 

Slide 37 - Slide

2. BOUWSTEEN 3: TAALBLOKKEN
3F Voorbeeld & theorie, leesleer de theorie (pg 3) en maak alle opdrachten.

► Lezen en luisteren, maken: 
pg. 1 - 3: opgave 1 t/m 8; 
pg. 5: opgave 13, 14; 
pg. 6: opgave 16, 17 en 18.


NB: vergeet de Woordenschat van Bouwsteen 3 niet (3F). 

Slide 38 - Slide

Wat onder werkwoordspelling valt:
persoonsvorm tegenwoordige tijd:   ik werk hier
persoonsvorm verleden tijd:                   vroeger werkte ik daar
voltooid deelwoord:                                  ik heb er gewerkt
onvoltooid deelwoord:                             al werkend knikte hij
gebiedende wijs:                                       werk door!
bijvoeglijk naamwoord:                           de werkende student

Slide 39 - Slide