De Jodenvervolging: Een donkere periode in de geschiedenis

De Jodenvervolging: Een donkere periode in de geschiedenis

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je uitleggen wat de Jodenvervolging is en wie Anne Frank is.

Wat weet je al over de Jodenvervolging?

Wat is de Jodenvervolging?

De Jodenvervolging was een periode tijdens de Tweede Wereldoorlog waarin Joden systematisch werden gediscrimineerd, vervolgd en vermoord door de nazi's.

Hoe begon het?

De Jodenvervolging begon met antisemitische propaganda en wetten die Joden uitsloten van de samenleving.

De Kristallnacht

Op 9 november 1938 vond de Kristallnacht plaats, een gewelddadige aanval op Joodse eigendommen en synagogen in Duitsland en Oostenrijk.

De concentratiekampen

Joden werden gedeporteerd naar concentratiekampen waar ze werden onderworpen aan dwangarbeid, mishandeling en massamoord.

Anne Frank

Anne Frank was een Joods meisje dat tijdens de Tweede Wereldoorlog ondergedoken zat in Amsterdam. Haar dagboek 'Het Achterhuis' is een belangrijk getuigenis van de Jodenvervolging.

Het einde van de Jodenvervolging

De Jodenvervolging eindigde met de bevrijding van de concentratiekampen door geallieerde troepen, maar liet een diepe wond achter in de geschiedenis.

Wat hebben we geleerd?

We hebben geleerd dat de Jodenvervolging een donkere periode in de geschiedenis was waarin Joden werden gediscrimineerd, vervolgd en vermoord. We hebben ook kennisgemaakt met Anne Frank en haar dagboek.

Quiz: Wat weet je?

Beantwoord de volgende vragen om te testen wat je hebt geleerd over de Jodenvervolging en Anne Frank.

Vraag 1

Wat was de Jodenvervolging?

Vraag 2

Wat gebeurde er tijdens de Kristallnacht?

Vraag 3

Wie was Anne Frank?

Antwoorden

Bespreek de antwoorden op de quizvragen en geef extra uitleg waar nodig.

Reflectie

Schrijf een korte reflectie op wat je hebt geleerd over de Jodenvervolging en Anne Frank.

Bronnen

Lijst van bronnen en aanbevolen boeken voor verder onderzoek naar de Jodenvervolging.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.