§5.4 Versterkt broeikaseffect

Planning
  • Huiswerk bespreken
  • §5.4 Versterkt broeikaseffect
  • Maken opgaven
1 / 27
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 27 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Planning
  • Huiswerk bespreken
  • §5.4 Versterkt broeikaseffect
  • Maken opgaven

Slide 1 - Slide

Nakijken 2 t/m 8 (vanaf blz 93)

Slide 2 - Slide

2
  • Opvangen in een reageerbuis. Gloeiende houtspaander in houden. De houtspaander zal feller gloeien.  

Slide 3 - Slide

3
  • Massaverhouding

Slide 4 - Slide

4
  • Let op: schrijf de som ook op!
  • ? = 3 : 5 x 50 = 30 g magnesium

Slide 5 - Slide

5
  • a) stikstof + waterstof --> ammoniak
  • Let op: schrijf de som op! ? = 17 : 14 x 73 = 88,6 g ammoniak

Slide 6 - Slide

6
  • Let op: schrijf de som op! ? = 4 : 6 x 30 = 20 g broom

Slide 7 - Slide

7
  • Let op: schrijf de som op! 
  • ? = 7 : 49 x 80 = 11,4 g N2
  • ? = 2 : 49 x 80 = 3,3 g H2
  • ? = 40 : 49 x 80 = 75,3 g Br2

Slide 8 - Slide

8
  • a) A
  • b) A

Slide 9 - Slide

§5.4 Versterkt broeikaseffect

Slide 10 - Slide

Leerdoelen 5.4 Versterkt broeikaseffect 
  • Ik kan drie broeikasgassen noemen.
  • Ik kan uitleggen hoe het versterkte broeikaseffect ontstaat.
  • Ik kan een aantal effecten van het broeikaseffect noemen.
  • Ik kan maatregelen noemen om het versterkte broeikaseffect te verkleinen.

Slide 11 - Slide

Oefenopgave massaverhouding
Bereken hoeveel CO2 je uitstoot als je 40 L (28 kg) benzine verbrandt. Gebruik de volgende gegevens.         
                                         2 C8H18 + 25 O2 →16 CO2 + 18 H2O
                                                            7        :     25       :      22       :      10




Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Natuurlijk broeikaseffect
  • Broeikasgassen: gassen die infrarode straling (warmte) kunnen absorberen. Koolstofdioxide is een broeikasgas
  • Natuurlijk broeikaseffect: door aanwezigheid van broeikasgassen gaat de atmosfeer warmte vasthouden. (net als een broeikas)
  • Natuurlijke broeikasgassen: water, koolstofdioxide en distikstofoxide zitten al miljoenen jaren in de atmosfeer. Ze komen NIET in de atmosfeer door activiteiten van mensen, maar zijn er al van nature in aanwezig.



Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Versterkt broeikaseffect
  • Versterkt broeikaseffect: door het verbranden van fossiele brandstoffen komen er extra broeikasgassen in de atmosfeer. De atmosfeer zal meer warmte vasthouden (dan alleen het natuurlijk broeikaseffect). De temperatuur op aarde zal toenemen.
  • Concentratie van koolstofdioxide (broeikasgas) is toegenomen van 0,028% naar 0,041%, klinkt weinig, maar is een stijging van 46%!



Slide 16 - Slide

Versterkt broeikaseffect: fossiele brandstoffen
Fossiele brandstoffen:
  • Aardgas
  • Aardolie
  • Steenkool





Slide 17 - Slide

Versterkt broeikaseffect: fossiele brandstoffen
Fossiele brandstoffen:
  • Meest gebruikte brandstoffen door de mens.
  • Zijn miljoenen jaren geleden ontstaan uit dierlijke plantaardige resten.
  • Bv. Benzine, diesel, aardgas
  • Bevatten allemaal C- en H-atomen. Dus bij verbranding ontstaan koolstofdioxide (CO2) en water (H2O)

Slide 18 - Slide

Gevolgen van versterkt broeikaseffect
  • Veel droogte
  • Proces kan zichzelf versterken: --------------->
  • stijging van de zeespiegel
  • Orkaan kan sterker worden boven warm water dan koud water. 
  • Meer kans op overstromingen

Slide 19 - Slide

Gevolgen van versterkt broeikaseffect
Overstromingen (in Spanje)

Slide 20 - Slide

Maatregelen tegen versterkt broeikaseffect
Om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen, en de verdere opwarming van de aarde te voorkomen, moeten we duurzaam gaan leven. 
Belangrijkste bronnen van broeikasgassen zijn:
  • verwarming
  • elektriciteit
  • landbouw (veelteelt)
  • transport
  • industrie

Slide 21 - Slide

Maken: 1, 4, 5, 8 en 9 
(vanaf blz 107)

Slide 22 - Slide

1
  • Koolstofdioxide 

Slide 23 - Slide

4
  • Bijvoorbeeld:
  • • Minder lang douchen of minder vaak in bad gaan.
  • • De verwarming lager zetten.
  • • In plaats van met de scooter met de fiets of te voet gaan.
  • • Energiezuinige apparaten, bijvoorbeeld ledlampen, gebruiken.
  • • Een dikke trui aantrekken.

Slide 24 - Slide

5
  • a) elektrische auto's produceren geen koolstofdioxide
  • b) voor het opwekken van elektriciteit worden meestal fossiele brandstoffen verbrand. Hierbij komt koolstofdioxide vrij

Slide 25 - Slide

8
  • a) 7 700 000 000 000 kg
  • b) C + O2 --> CO2
  • c)


  •       ? = 11 : 3 x 7,7 = 28,2 miljard ton
  • d) 28,2 - 7,7 = 20,5 miljard ton O2 (wet van behoud van massa)
  • e )Wind-energie / zonne-energie

Slide 26 - Slide

9
  • a) aardolie / steenkool
  • b) H2O
  • c) 3 H2 + N2 --> 2 NH3
  • d) O2

Slide 27 - Slide