This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Lezen H 2.3 les 2
boek op tafel - pen - laptop
Slide 1 - Slide
wat gaan we doen?
- herhalen vorige les
- huiswerk controleren / nakijken
- oefenen met signaalwoorden
- tijd over? Dan gaan we de kahoot nog doen
Slide 2 - Slide
terugblik:
Manieren van lezen, welke weet je nog en leg ze uit
Uit welke 3 delen kan een tekst bestaan?
Wat is de belangrijkste functie van de inleiding?
Slide 3 - Slide
Signaalwoorden
Slide 4 - Slide
Lesdoelen
Aan het einde van deze les:
weet ik waarom het gebruik van signaalwoorden belangrijk is.
kan ik signaalwoorden herkennen.
kan ik signaalwoorden toevoegen en aanpassen in mijn eigen tekst.
Slide 5 - Slide
Signaalwoorden
Een signaalwoord geeft een verband tussen verschillende zinnen of alinea's aan.
Slide 6 - Slide
Lees de onderstaande tekst
Mert werd geboren in Turkije. Toen hij acht was verhuisde hij naar Nederland. Toen hij in Nederland was ging hij daar naar school. Dat vond hij stom. En toen werd hij vrienden met Tom. En toen vond Mert het iets leuker in Nederland. Toen bedacht hij dat hij op voetbal wilde. Dat mocht niet van zijn moeder. Toen ging Mert maar gewoon stiekem voetballen met de buurkinderen.
Wat valt je op?
Slide 7 - Slide
Lees de onderstaande tekst
Mert werd geboren in Turkije. Toen hij acht was verhuisde hij naar Nederland. Toen ging hij daar naar school. Dat vond hij stom. Toen sprak hij nog bijna geen Nederlands. En toen werd hij vrienden met Tom. En toen vond Mert het iets leuker in Nederland. Toen bedacht hij dat hij op voetbal wilde. En toen mocht dat niet van zijn moeder. Toen ging Mert maar gewoon stiekem voetballen met de buurkinderen.
Slide 8 - Slide
Signaalwoorden
Er zijn heel veel meer signaalwoorden dan alleen maar 'toen'. Ook geven verschillende soorten signaalwoorden verschillende verbanden aan:
Slide 9 - Slide
Signaalwoorden
voorbeeld
zoals
bijvoorbeeld
opsomming
en
verder
ten eerste
tenslotte
tegenstelling
maar
toch
echter
hoewel
vergelijking
net als
evenals
zoals
reden/verklaring
omdat
want
daarom
oorzaak-gevolg
want
doordat
daardoor
doel-middel
daarmee
door middel van
voorwaarde
als
indien
tenzij
tijd
vroeger
intussen
tijdens
samenvatting
al met al
geconcludeerd kan worden dat
kortom
conclusie
dus
tot slot
Slide 10 - Slide
Signaalwoorden
Genoeg keuze dus!
Slide 11 - Slide
Mert werd geboren in Turkije. hij acht was verhuisde hij naar Nederland en
ging daar naar school. Dat vond hij stom hij nog bijna geen Nederlands sprak.
Gelukkig werd hij vrienden met Tom. vond Mert het iets leuker in Nederland.
hij op voetbal mocht, werd het vast nog leuker. datmocht
niet van zijn moeder. ging Mert maar gewoon voetballen met de
buurkinderen.
Lees de aangepaste tekst en sleep de signaalwoorden naar de juiste plek.
Toen
omdat
Daardoor
Als
Maar
Daarom
Slide 12 - Drag question
.
Waarom is het gebruik van (verschillende) signaalwoorden belangrijk?