M4 Lezen HS 2 Tekstverbanden en signaalwoorden

Nederlands
Mavo 4
HS 2: Lezen
Verbanden en signaalwoorden





1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Nederlands
Mavo 4
HS 2: Lezen
Verbanden en signaalwoorden





Slide 1 - Slide

Deze les:
1. Zelfstandig lezen
2. Herhalen HS 2 Lezen: Tekstverbanden - Oefenen
3. Examen afmaken
4. Nakijken Oefeningen Lezen HS 2 of lezen in je leesboek
5. Afronding / huiswerk

Slide 2 - Slide

Lekker lezen - eigen boek

Slide 3 - Slide

DOEL


- je kunt met behulp van signaalwoorden negen verschillende tekstverbanden  in een tekst herkennen en begrijpen

verbanden en signaalwoorden

Slide 4 - Slide

Doel-middel
Conclusie
Voorbeeld
Voorwaarde
Oorzaak-gevolg
Om u in de toekomst beter van dienst te kunnen zijn, kan dit gesprek worden opgenomen.
Kortom, we kunnen stellen dat het project jammerlijk mislukt is.
Doordat hij geveld was door een virus, kon de beroemde zanger niet optreden.
De paparazzi gaat over lijken; zo liggen ze hele dagen in de voortuin van die celebrity te wachten tot hij verschijnt.
Je kunt toegelaten worden tot die opleiding, mits je een 8 haalt voor wiskunde.

Slide 5 - Drag question

Tegenstelling
Opsomming/Volgorde
Vergelijking
Reden
We gaan dit jaar niet op vakantie, omdat we sparen voor rijlessen.
Bert verdient maandelijks veel meer dan Ernie.
Amerikaanse feestdagen zoals Valentijnsdag en Halloween zijn fantastisch, maar dat mensen Thanksgiving gaan vieren hier, vind ik echt onzin.
Voordat de mobiele telefoon bestond, belde iedereen met een huistelefoon of vanuit een telefooncel op straat.

Slide 6 - Drag question

Kies de twee goede antwoorden.

Tekstverbanden...
A
...geven alinea's aan
B
...geven het doel van een tekst aan
C
...geven aan hoe alinea's en zinnen met elkaar te maken hebben
D
...helpen je een tekst beter te begrijpen

Slide 7 - Quiz

Weet je nog?

'Zoals' is een signaalwoord voor
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een opsomming

Slide 8 - Quiz

Weet je nog?

'Verder' is een signaalwoord voor
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een opsomming

Slide 9 - Quiz

Weet je nog?

'Bovendien' is een signaalwoord voor
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een opsomming

Slide 10 - Quiz

Weet je nog?

'Echter' is een signaalwoord voor
A
een voorbeeld
B
een tegenstelling
C
een opsomming

Slide 11 - Quiz

Welk tekstverband herken je?
Eerst zet je saldo op je ov-chipkaart, daarna activeer je de kaart en vervolgens kun je inchecken en naar je werk reizen.
A
tijdsvolgorde (chronologie)
B
oorzaak-gevolg
C
voorwaarde

Slide 12 - Quiz

Welke drie signaalwoorden voor tijdsvolgorde zie je in de zin:

Eerst zet je saldo op je ov-chipkaart, daarna activeer je de kaart en vervolgens kun je inchecken en naar je werk reizen.

Slide 13 - Open question

Welk tekstverband herken je?

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.
A
tijdsvolgorde (chronologie)
B
oorzaak-gevolg
C
voorwaarde

Slide 14 - Quiz

Welk signaalwoord voor oorzaak-gevolg herken je in de zin:

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.

Slide 15 - Open question

Wat is de oorzaak in de zin:

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.

Slide 16 - Open question

Wat is het gevolg in de zin:

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.

Slide 17 - Open question

Welk signaalwoord voor volgorde herken je in de zin:

Als Samira een goed verslag schrijft, krijgt zij een hoog cijfer.

Slide 18 - Open question

Oefenen: Lezen HS 2 Tekstverbanden
Wat: opdracht 5
Hoe: Klassikaal
Nodig: boek en schrift
Geluid: Stilte
Tijd: 15 minuten
Hulp: docent 

Slide 19 - Slide

Oefenen: Lezen HS 2 Tekstverbanden
Wat: 1) Ga verder met het oefenexamen of 
2) laat opdracht 1 t/m 4 van Lezen HS 2 in je schrift zien en kijk je antwoorden na met het antwoordmodel die je van docent krijgt of 
3) Lees verder in je leesboek
Hoe: Zelfstandig
Geluid: Stilte, oortjes in mag
Tijd: 30 minuten
Hulp: docent 


Slide 20 - Slide

DOEL


- je kunt met behulp van signaalwoorden de negen tekstverbanden in een tekst herkennen en begrijpen

verbanden en signaalwoorden

Slide 21 - Slide

Mijn kennis over tekstverbanden en signaalwoorden (1 = ik snap er niks van, 10 = ik weet alles)
-410

Slide 22 - Poll

Wat vind je nog lastig bij tekstverbanden en signaalwoorden?

Slide 23 - Open question

Afronding:
Lesdoel?

Huiswerk: 
Lezen in je leesboek
Stuur de titel van je eerste boek naar je docent

Slide 24 - Slide