Kun jij je een moment herinneren dat je heel gelukkig was, omdat je zelf vond dat je het goed had gedaan? Het kan zijn dat het op het sportveld was of dat het bij je thuis was. Weet je nog hoe je jezelf toen voelde en waren er anderen bij? En hoe was de stemming? Was iedereen blij of tevreden? Je kunt ook een voorbeeld nemen dat op school is gebeurd. Het moment dat je iets moeilijks snapte en de betekenis ervan doordrong. Zie je nog waar je was en in welke klas je zat? Hoe was de sfeer in de klas? We vragen je nu om een voorbeeld in gedachten te houden. Als je het moment goed op je netvlies hebt, ga je rechtop zitten, met beide voeten stevig op de grond. Doe je ogen dicht en neem de tijd om het beeld duidelijk terug te halen. In gedachten ga je terug naar de dag waarop je het fijne moment beleefde. Kijk eens goed in je gedachten rond en probeer alle gedachten en geluiden terug te halen.
Misschien kun je je ook wel herinneren wat je op dat moment kon ruiken. Je ondergaat het prettige moment opnieuw. Het gevoel van succes. Leg op je (schrijf) hand het succesgevoel dat je zojuist hebt teruggehaald. Maak van je hand een vuist en klem het gevoel vast zodat je het steeds kunt terughalen.