De spieren

Spieren 
Vandaag : 
Even over vorige week ....
• De spieren
• Skeletspieren
• Gladde spieren
• Hartspieren
1 / 25
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Spieren 
Vandaag : 
Even over vorige week ....
• De spieren
• Skeletspieren
• Gladde spieren
• Hartspieren

Slide 1 - Slide

Wat heb je onthouden van de les van vorige week over de ribben, borstbeen en ledematen ?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Video

Soorten Spieren 
Skelet spieren 
Gladde spieren 
hartspieren 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Een skeletspier wordt gebruikt voor onwillekeurige gecontroleerde bewegingen van botten ten opzichte van elkaar
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

De skeletspieren zijn lange onvertakte dwarsgestreepte vezels en liggen in bundels bij elkaar
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

Gladde spieren zijn niet- wilsgebonden spieren . Wat betekent dat ?

Slide 8 - Open question

Kun je voorbeelden noemen van glad spierweefsel ?

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Zoek snel op in je boek ....
Info over de hartspier
Hoe ziet t spierweefsel van het hart eruit ? Verschil met glad spierweefsel? Functie ? 2 min opzoek tijd

Slide 12 - Open question

In de volgende dia staat een filmpje met wat herhaling info over de spieren en hoe de spieren werken
Na afloop de vraag of je de werking van spieren in eigen woorden kan uitleggen ?

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Leg uit in eigen woorden hoe de spieren werken

Slide 15 - Open question

Spiervezels zijn opgebouwd uit myofibrillen 
- specialiseerde structuren 
- opgebouwd uit eiwitketens = myofilamenten ( Actine en Myosine) 
- afhankelijk van de hoeveelheid spierkracht bevat het spiervezel weinig of veel myofibrillen 
- Contractiliteit = de mate van samentrekbaarheid 
- Liggen parallel aan elkaar in lengterichtng spier
- Samenwerking Actine e Myosine maakt samentrekking spier mogelijk
- Sacromeren = kleinste eenheid van de spier 

Slide 16 - Slide

Hoe komt een beweging tot stand ?

Slide 17 - Mind map

Hoe komt een beweging tot stand ? 
1) Impuls vanuit grote hersenen
2) Via zenuwuitloper naar ruggemerg
3) Overdracht naar motorische zenuwcel 
4) Naar motorische eindplaat in de spier
5) Overgang naar zenuwuitloper naar de spiervezels 
6) beweging 

Slide 18 - Slide

Zoek op in je boek welk type spiervezel een top atleet veel heeft ?
A
Type 1
B
Type 2A
C
Type 2B

Slide 19 - Quiz

Hoe heet dit verschijnsel ?
A
Spieratrofie
B
Spierextremie
C
Hypertrofie
D
Spierantagonie

Slide 20 - Quiz

Weten jullie wat spieratrofie is ?

Slide 21 - Open question

spieratrofie 

Slide 22 - Slide

Wat is spiercontractie ? 
samentrekking van spieren in 4 fasen: 
1) Vrijgeven van Myosinebindingsplaatjes
2) Binding van de Myosinekopjes = crosslink
3) Powerstroke, myosinekop buigt terug naar oorspronkelijke positie 
4) Loslating , en daarna cyclus weer opnieuw

Slide 23 - Slide

Concentratie op ? 
Laatste stukje lesstof mag je zelfstandig met een opdracht uitvoeren . 
Opdracht komt in teams te staan 
ONJUIST / JUIST vragen over De verschillende spieren in het lichaam. 

Slide 24 - Slide

Geef met een cijfer tussen 0 en 10 aan hoe je deze les vond en waarom ?

Slide 25 - Open question