(P2) Favorite mistakes - writing about book

3 favorite mistakes
1 / 15
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

3 favorite mistakes

Slide 1 - Slide

1. Waar moet "is" in de zin?

Slide 2 - Slide

Translate the sentence to Dutch.

Slide 3 - Open question

Waar moet "is" in de zin?
In het Engels is de woordvolgorde anders. 


Herschrijf de Engelse zin (in volgende slide).

Slide 4 - Slide

Improve the English sentence.

Slide 5 - Open question

Waar moet "is" in de zin?
In het Engels is de woordvolgorde anders. 


Het werkwoord komt altijd direct na het onderwerp.

For example: 
I hope that this was interesting.

Slide 6 - Slide

Improve the English sentence.

Slide 7 - Open question

Improve the English sentence.

Slide 8 - Open question

2. Hoe vertel je 'over' iets?

Slide 9 - Slide

Are these sentences correct?
A
Yes
B
No
C
Maybe

Slide 10 - Quiz

Which English word do we need?

Slide 11 - Open question

Improve the sentence:

Slide 12 - Open question

3. Hoe belangrijk is 'ik' in het Engels?

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Drag question

Write down
Je schrijft 'ik' altijd met een hoofdletter in het Engels!

For example:
You always write I with a capital letter!

Slide 15 - Slide