Les 1 - De Oorsprong van de Islam

Woorden uit de woestijn
1 / 37
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Woorden uit de woestijn

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
De leerling kan:
1. De omstandigheden waarin en waaronder Mohammed opgroeide omschrijven.
2. De belangrijkste gebeurtenissen van het leven van de profeet Mohammed tot en met zijn overlijden uiteen zetten.
3. Een stamboom maken met de belangrijkste familieleden van de profeet Mohammed.
4. Vertellen wat Mohammed onderwees en wat de centrale boodschap was die hij tijdens zijn openbaring(en) kreeg en wat dit anders maakte dan wat men in die tijd geloofde of bezighield. 
5. De letterlijke betekenis van het begrip ‘Koran’ uit leggen en in verband brengen met de openbaringen die de profeet Mohammed kreeg.
6. Onder woorden brengen waarom de Mekkanen niet blij waren met de boodschappen die Mohammed verkondigde.


Slide 2 - Slide

Leerdoelen
7. Onderscheid maken tussen de functie van een geestelijk en een wereldlijk leider.
8. Uitleggen hoe het kwam dat Mohammed vanaf de hidjra zowel geestelijk als wereldlijk leider werd.
9. Onder woorden brengen waarom de hidjra voor de islam een fundamenteel moment is.
10. Kenmerken van de islamitische kalender herkennen en onder woorden brengen.
11. Uitleggen welke specifieke betekenis de Ka'aba heeft (voor moslims) volgens de profeet Mohammed. 
12. Op een actuele wereldkaart aanwijzen waar Mekka en Medina liggen.

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen in welke situatie en omgeving de islam is ontstaan
  • Je kent de verschillende jaartallen over het ontstaan van de islam en kunt deze plaatsen in de wereldsituatie van toen
  • Je kent de achtergrond van de grondlegger van de islam
  • Je kunt uitleggen hoe de islam explosief is gegroeid na de dood van mohammed

Slide 4 - Slide

Lesinhoud
Geschiedenis van de islam:
  • De profeet Mohammed en de hidjra
  • De vier ‘rechtgeleide kaliefen’
  • De soennieten en de sji’ieten
  • De verschillende dynastieën

Slide 5 - Slide

Ontstaan
  • Visioenen

  • 622: Mohammed vlucht naar Medina

  • 630: Mohammed verovert Medina

Slide 6 - Slide

Mekka ten tijde van de profeet


In en rondom de Ka'aba in Mekka werden ten tijde van de profeet  verschillende goden aanbeden. Mekka was niet alleen een bekende handelsstad, midden in de woestijn, vanwege zijn strategische ligging maar trok ook mensen vanwege de Ka'aba.  De  stam die de baas was in Mekka, was vooral uit op geld verdienen.  Slavenhandel was de normaalste zaak. Geloof stond voor hen niet bovenaan maar zij profiteerde wel van de vele religieuze mensen die naar hun stad kwamen om godenbeelden te aanbidden. 


Zie het filmpje op de volgende slide, het start en stopt bij de juiste minuten.
Wat is polytheïsme
Wanneer iemand in meerdere goden gelooft of wanneer de samenleving in verschillende goden gelooft, noemt men dat polytheïstisch. Theïsme betekent god/goden, poly betekent meerdere/meervoudig. 

Slide 7 - Slide

Mekka en Medina op de huidige wereldkaart
Zie dit filmpje voor een impressie van het huidige Mekka

Slide 8 - Slide

0

Slide 9 - Video

De profeet
Mohammed behoorde tot een van de machtigste stammen die het in Mekka voor het zeggen had. Maar alhoewel Mohammed na zijn ouders overlijden opgevangen werd door zijn familie en later door Chadiedja, had hij als wees een lage status binnen de samenleving.


Slide 10 - Slide

Een kameelkaravaan in de woenstijn

Slide 11 - Slide

De openbaring
Vanaf het moment dat hij de eerste openbaring krijgt van God, is hij een profeet.  In het filmpje op de volgende slide zie je een impressie van de eerste openbaring.  Je moet de openbaring zien in de tijd en omstandigheden van Mekka:
- Polytheïstisch
- Alles draaide om handel
Wat is een openbaring?
Door middel van een openbaring maakt God zichzelf (vaak via een engel) via een profeet bekend aan de mensheid. Eerder deeld God dit al middels andere profeten: Abraham, Mozes, Jezus, etc. 

Slide 12 - Slide

Kern van de islam
Geloof in één God, Allah, en houd rekening met de armen en de zwakken

Slide 13 - Slide

2. Er is een God
- Abraham is belangrijk binnen de Islam
-Monotheisme 

Slide 14 - Slide

De profeet en de hidrja

Slide 15 - Slide

De hidjra: 622
Hidjra = vertrek, migratie
Start jaartelling moslims 

Vanaf dit moment: Mohammed is
politiek en religieus leider 

Vorming van een gemeenschap gebaseerd op
het geloof (en niet meer op basis van bloedband): 
de oemma.

Slide 16 - Slide

christelijke jaartelling 2018: islamitische jaartelling 1439-1440
Islamitische maanden 

Slide 17 - Slide

De ka'aba en de islam
Mohammed zuiverde de ka'aba, zo lees je in je lesboek, maar wat betekent dit precies?
Mohammed kwam tot het inzicht dat de islam ouder was dan het jodendom en het christendom. Dat het altijd al bestond. Islam betekent letterlijk 'onderwerping' (aan God), maar daar komen we later nog op terug.
De islam was ook de godsdienst van Abraham. Abraham had met zijn zoon Ismaël de Ka'aba in Mekka gebouwd, ‘het huis van God’. Later hebben mensen zich van de zuivere religie die God via zijn profeten heeft geopenbaard afgekeerd en ook was Gods huis, de Ka'aba, een plaats geworden waar allerlei ‘afgoden’ vereerd werden. De opdracht van de profeet Mohammed was om  de ware religie van Abraham in alle eer te herstellen en dus moest hij ook de Ka'aba in alle eer herstellen.

De zwarte steen
De zwarte steen is niet hetzelfde als de Ka'aba. De Ka'aba is het kubusvormige gebouw. Het is bedekt met een zwart doek met inscripties van de Koran erop geborduurd. Maar aan een van de hoeken van het gebouw is een 'zwarte steen' te zien, voor meeste het heiligste gedeelte van het gebouw, volgens veel moslims komt deze uit het Paradijs, volgens sommigen is het 'gewoon een meteoriet' 

Slide 18 - Slide

570
576
595
610
622
630
632
Geboorte Mohammed in Mekka
De ouders van Mohammed stierven
Mohammed gaat werken bij Chadiedja
Mohammed ontmoet de engel Gabriel die hem vertelt over Allah.
Begin Islamitische jaartelling
Mohammed verhuist naar Medina
Mohammed verovert Mekka
Mohammed sterft en wordt begraven in Medina

Slide 19 - Drag question

0

Slide 20 - Video

1. Maak een kleine stamboom van de profeet Mohammed en zijn belangrijkste familie of gezinsleden.

Slide 21 - Open question

Hoe wordt het geloven in één God ook wel genoemd?
A
polytheisme
B
monotheisme
C
monarchisme
D
atheisme

Slide 22 - Quiz

2. Bedenk zelf en licht zo concreet mogelijk toe waarom de machthebbers in Mekka niet blij zouden zijn geweest met de boodschap van de profeet.

Slide 23 - Open question

4. Bedenk voor jezelf aan de hand van een voorbeeld: wat zouden de taken zijn van een politiek leider en wat die van een religieus leider? En zit daar volgens jou een bepaald verschil in?

Slide 24 - Open question

3. Wat was precies de aanleiding voor Mohammed om naar Medina te vertrekken?

Slide 25 - Open question

6. Welke stelling past het beste bij jouw visie?
Je kunt voor het beantwoorden van deze vraag punt 3 van deze blog lezen.
A
Religie en politiek moeten altijd gescheiden blijven
B
Religie en politiek moeten zoveel mogelijk gescheiden zijn, maar je ontkomt niet aan een 'het geloof' in de politiek
C
Politiek kan niet zonder religie of geloof, het is daarom ook een illusie ze van elkaar te scheiden, men zou er daarom ook meer aandacht aan moeten besteden
D
Ik vind het lastig om daar een uitspraak over te doen

Slide 26 - Quiz

in 570 na Christus...
A
verhuisde Mohammed
B
kreeg Mohammed zijn eerste openbaring
C
veroverde Mohammed Mekka
D
werd Mohammed geboren

Slide 27 - Quiz

Leerdoelen
De leerling kan:
1. De omstandigheden waarin en waaronder Mohammed opgroeide omschrijven.
2. De belangrijkste gebeurtenissen van het leven van de profeet Mohammed tot en met zijn overlijden uiteen zetten.
3. Een stamboom maken met de belangrijkste familieleden van de profeet Mohammed.
4. Vertellen wat Mohammed onderwees en wat de centrale boodschap was die hij tijdens zijn openbaring(en) kreeg en wat dit anders maakte dan wat men in die tijd geloofde of bezighield. 
5. De letterlijke betekenis van het begrip ‘Koran’ uit leggen en in verband brengen met de openbaringen die de profeet Mohammed kreeg.
6. Onder woorden brengen waarom de Mekkanen niet blij waren met de boodschappen die Mohammed verkondigde.


Slide 28 - Slide

Leerdoelen
7. Onderscheid maken tussen de functie van een geestelijk en een wereldlijk leider.
8. Uitleggen hoe het kwam dat Mohammed vanaf de hidjra zowel geestelijk als wereldlijk leider werd.
9. Onder woorden brengen waarom de hidjra voor de islam een fundamenteel moment is.
10. Kenmerken van de islamitische kalender herkennen en onder woorden brengen.
11. Uitleggen welke specifieke betekenis de Ka'aba heeft (voor moslims) volgens de profeet Mohammed. 
12. Op een actuele wereldkaart aanwijzen waar Mekka en Medina liggen.

Slide 29 - Slide

Volgende les
Geschiedenis van de islam:
  • De profeet Mohammed en de hidjra
  • De vier ‘rechtgeleide kaliefen’
  • De soennieten en de sji’ieten
  • De verschillende dynastieën

Slide 30 - Slide

Opvolgers van Mohammed

Slide 31 - Slide

Opvolging Mohammed
  • Mohammed stierf in 632
  • Wie volgt hem op?


  • Soennieten: de meest bekwame volgeling
  • Sjiieten: directe familie van Mohammed

Slide 32 - Slide

570
595
610
619
622
630
632
Mohammed geboren
Trouwen Chadiedja
Openbaring Engel Gabriël
dood Aboe Talib
Ontstaan Islam
Mekka veroverd
Dood Mohammed

Slide 33 - Drag question

Splitsing in de islam
661

  • Mohammed sterft in 632: wie gaat hem opvolgen?

  • Volgens Soennieten: de meest bekwame volgeling. Dit is Aboe Bakr, vriend, bondgenoot en adviseur van Mohammed. 
  • Volgens Sjiieten: directe familie van Mohammed. Dit zou zijn schoonzoon en neef Ali ibn Aboe Talib zijn.

Slide 34 - Slide

Wat is de goede volgorde van kaliefen na de dood van Mohammed?
A
Aboe Bakr, Ali, Oemar, Uthman
B
Oemar, Aboe Bakr, Uthman, Ali
C
Uthman, Ali, Aboe Bakr, Oemar
D
Aboe Bakr, Oemar, Uthman, Ali

Slide 35 - Quiz

Welke kleuren heeft de Saoedische vlag?

Slide 36 - Open question


In welk land wonen de meeste moslims?
A
Indonesie
B
Saoedie-Arabie
C
Pakistan
D
Marokko

Slide 37 - Quiz