Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Slide 7 - Slide
Voorbeeld
Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Stap 1: maak een formule
Slide 8 - Slide
Voorbeeld
Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Stap 1: maak een formule
aantal maanden x 20 + 275 = bedrag
Slide 9 - Slide
Voorbeeld
Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Stap 1: maak een formule
a x 20 + 275 = b
Slide 10 - Slide
Voorbeeld
Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Stap 1: maak een formule
20a + 275 = b
Slide 11 - Slide
Voorbeeld
Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Stap 2: vul al je gegevens in
20a + 275 = b
Slide 12 - Slide
Voorbeeld
Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Stap 2: vul al je gegevens in
20a + 275 = 549
Slide 13 - Slide
Voorbeeld
Je gaat sparen voor een PlayStation 5. Bij de BCC kost die nu 549 euro. Je ouders betalen de helft. Jij kan per maand 20 euro sparen. Hoe lang ben je bezig met sparen?
Stap 3: los de vergelijking op
20a + 275 = 549
Slide 14 - Slide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op
20a + 275 = 549
Slide 15 - Slide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op
20a + 275 = 549
-275
-275
Slide 16 - Slide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op
20a + 275 = 549
-275
20a = 274
-275
Slide 17 - Slide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op
20a + 275 = 549
-275
20a = 274
: 20 :20
-275
Slide 18 - Slide
Voorbeeld
Stap 3: los de vergelijking op
20a + 275 = 549
-275
20a = 274
: 20 :20
a = 13,7
Dus na 14 maanden sparen kun je je PlayStation kopen.
-275
Slide 19 - Slide
Even oefenen
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
We werken de eerste 10 minuten zelfstandig.
Daarna: fluisterend samenwerken en vragen stellen.