heb je geoefend met woorden en grammatica van hoofdstuk 3
Slide 2 - Slide
Lidwoorden
Welke woorden krijgen het lidwoord der?
Slide 3 - Slide
Lidwoord der
Mannelijke personen of dieren voorbeeld: der Stier
Slide 4 - Slide
Lidwoorden
Welke woorden krijgen het lidwoord die ?
Slide 5 - Slide
Lidwoord die
Vrouwelijke personen of dieren voorbeeld: die Kuh
Veel woorden die eindigen op -e
voorbeeld: die Schule
Slide 6 - Slide
Lidwoorden
Welke woorden krijgen het lidwoord das?
Slide 7 - Slide
Lidwoord das
Veel het-woorden in het Nederlands,
bijv. das Dorf (het dorp)
Slide 8 - Slide
der, die, das (e.v.)
Klasse
Slide 9 - Slide
der, die, das (e.v.) of die (m.v.) ?
Buch
Slide 10 - Slide
der, die, das (e.v.) of die (m.v.) ?
Schule
Slide 11 - Slide
der, die, das (e.v.) of die (m.v.) ?
Kuh
Slide 12 - Slide
der, die, das (e.v.) of die (m.v.) ?
Lehrerin
Slide 13 - Slide
der, die, das (e.v.) of die (m.v.) ?
Handy
Slide 14 - Slide
der, die, das (e.v.) of die (m.v.) ?
Freundschaft
Slide 15 - Slide
der, die, das (e.v.) of die (m.v.) ?
Toilette
Slide 16 - Slide
der, die, das (e.v.) of die (m.v.) ?
Hund
Slide 17 - Slide
Übungen (oefeningen) für den Test (toets)
Maak de opdrachten 1 t/m 7 van Wiederholung 3 in je werkboek (vanaf blz 182)
Werk de eerste 10 minuten ALLEEN en STIL
Werk daarna rustig en zorg dat anderen goed kunnen blijven werken.
Overleg na 10 minuten met je buurman/vrouw of steek je vinger op als je vragen hebt.
timer
20:00
Slide 18 - Slide
Abschluß der Stunde (afsluiting van de les)
Tip voorbereiding toets:
Neue Kontakte online hoofdstuk 2: "haben" oefenen (E Grammatik) Neue Kontakte online hoofdstuk 3: maak de oefentoets, behalve de vraag over de "Schreibmittel".
Let op de hoofdletters bij zelfstandige naamwoorden (beginnen met der, die of das)
Viel Erfolg nächste Woche! veel succes volgende week!
