3.4 Indampen en destilleren

3.4 Indampen en destilleren
Leg je schrift en pen klaar
1 / 20
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

3.4 Indampen en destilleren
Leg je schrift en pen klaar

Slide 1 - Slide

Wie ben ik?
Mevrouw Roefs
Milieuwetenschappen

Slide 2 - Slide

Wat was het leukste dat je tijdens de kerstvakantie is overkomen?

Slide 3 - Open question

Deze les
Voorkennis
Uitleg
Eigen werk

Slide 4 - Slide

Welke afbeelding geeft een homogene mengsel aan?
A
B
C

Slide 5 - Quiz

Er zit 7 gram suiker in een sultana koekje van 28 gram.
Wat is het massapercentage suiker in een sultana koekje?
A
0,25
B
0,2
C
4%
D
25%

Slide 6 - Quiz

Hoe noem je de faseovergang van gas naar vloeistof?
A
Verdampen
B
Condenseren
C
Smelten
D
Stollen

Slide 7 - Quiz

Hoe noemen we de
vaste stof die in het
filter achterblijft?
A
Residu
B
Filtraat
C
Filter

Slide 8 - Quiz

1. Hoe kunnen we het zout uit zeewater halen?

2. Hoe kunnen we 
drinkwater maken 
uit zeewater?

Slide 9 - Slide

Hoe kunnen we het zout uit zeewater halen?


Slide 10 - Slide

Oplossingen kun je niet scheiden door te filtreren.

Slide 11 - Slide

3.4 Indampen en destilleren
Indampen en destilleren scheiden op basis van het verschil in 'kookpunt' (stofeigenschap).

Slide 12 - Slide

Indampen

Slide 13 - Slide

Indampen

Slide 14 - Slide

Indampen
  • Met een brander, driepoot, 
       gaasje, en indampschaaltje.
  • Het residu blijft in het 
       indampschaaltje achter.
  • Doe je alleen als het oplosmiddel                                                      water is

Slide 15 - Slide

2. Hoe kunnen we drinkwater maken uit zeewater?

Slide 16 - Slide

Destilleren
Het destillaat wordt 
opgevangen in de erlenmeyer.

Slide 17 - Slide

Wat wordt opgevangen
als destillaat als je
zeewater destilleert?
A
Zout
B
Zuiver water
C
Zeewater

Slide 18 - Quiz

Waarom is indampen geen goed idee als je van zeewater drinkwater wilt maken?
A
Want dan scheidt je het zout en water niet.
B
Want dan vang je het zout niet op.
C
Want dan vang je het zuiver water niet op.

Slide 19 - Quiz

Eigen werk
Maak 3.4 opgaven 1, 2, 4, 5, 7, 8 en 9

Slide 20 - Slide