This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
8.1 Energiestromen
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
a) Je kan de volgende begrippen omschrijven:
1. Duurzaamheid
2. Bruto / netto primaire productie
3. Voedselconversie
4. Biomassa
b) Je kan de volgende onderdelen met info tekenen:
1. Voedselketen
2. Voedselweb
3. Energiepiramide
c) Je kan een piramide van energie verklaren
Slide 2 - Slide
Eerst: Voorkennis Quiz!
Slide 3 - Slide
Welke groep hoort bij nummer 1?
A
Reducenten
B
Afvaleters
C
Producenten
D
Consumenten
Slide 4 - Quiz
Welke rol spelen consumenten in een voedselkringloop?
A
Nemen mineralen op en maken organische stoffen
B
Zetten organische stoffen om in andere organische stoffen
C
Breken organische stoffen af tot mineralen
D
Nemen organische stoffen op en maken anorganische stoffen
Slide 5 - Quiz
Welke groep organismen vormt een populatie?
A
De planteneters op Ameland
B
De bomen in een park
C
De edelherten in de Oostvaardersplassen
D
De kruidachtige planten in een wegberm
Slide 6 - Quiz
De eekhoorn ondervindt veel invloeden, hoeveel abiotische invloeden tel je?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 7 - Quiz
Hoeveel voedselketens tel je?
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 8 - Quiz
Uit hoeveel voedselrelaties bestaat de kortste voedselketen?
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 9 - Quiz
Bij het verdwijnen van welke dieren zijn de gevolgen voor andere dieren het grootst?
A
rups en muis
B
koolmees en bonte specht
C
havik en boommarter
D
havik en bonte specht
Slide 10 - Quiz
Je spreekt van een plaag als de meerderheid van de mensen last van een soort ervaart
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quiz
Je spreekt van een plaag als..
A
de meerderheid van de mens last van een soort ervaart
B
de populatiegrootte een bepaalde grens overschrijdt
C
populatiegrootte zo is dat 't ecosysteem het niet kan dragen
Slide 12 - Quiz
Welk proces is een (voortgezet) assimilatieproces?
A
het maken van aminozuren uit eiwitten
B
het maken van koolstofdioxide uit koolhydraten
C
het maken van zetmeel uit glucose
D
het maken van glucose uit glycogeen
Slide 13 - Quiz
Zuurstof, fosfaat, water, koolstofdioxide en nitraat zijn..
A
anorganische stoffen
B
organische stoffen
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Mind map
Lees blz. 269 en 270
Slide 20 - Slide
Wat is het verschil tussen de bruto en de nettoproductie van een plant?
Slide 21 - Open question
BPP en NPP
Alle producenten in een ecosysteem:
Bruto primaire productie (BPP): De totale hoeveelheid energie die alle producenten vastleggen in hun organische stoffen (bijv. glucose).
Netto primaire productie (NPP): De hoeveelheid energie die alle producenten vastleggen in hun organische stoffen minus de energie die ze zelf gebruiken (via dissimilatie) voor levensprocessen. BPP – dissimilatie = NPP
Voedselconversie: Het omzetten van organische stoffen van het ene organisme naar het andere: de hoeveelheid voer die nodig is om de lichaamseigen organische stoffen van een organisme te laten toenemen.
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Waardoor verdwijnt er energie bij elke stap omhoog in een voedselketen?
A
Niet alle organismen worden gegeten, maar gaan dood
B
Niet alle organische stoffen zijn verteerbaar (worden bv weer uitgepoept)
C
Organismen verbruiken energie (dissimilatie)
D
Reducenten verteren dode resten van planten en dieren