METEN MET GROEP 6,7,8

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 7,8

Omtrek, oppervlakte en inhoud

Lesdoel van vandaag:

Jullie gaan aan de slag met het bepalen van de omtrek, oppervlakte en inhoud van verschillende voorwerpen in de klas en buiten op het schoolplein.

Stel: Je plaatst een hek om de tuin. Hebben we hier te maken met de omtrek of oppervlakte?

1. Omtrek
2. Oppervlakte

Wat is de omtrek?

• Je kan ergens omheen meten! Oftewel, OMHEEN lopen
• Voorbeelden in je huis 

Formule OMTREK:

lengte+breedte+lengte+breedte= omtrek

Omtrek betekent

1. De omtrek bepaalt bijvoorbeeld hoeveel mest je nodig hebt
2. De omtrek van een tuin bepaalt hoe lang het hek is dat je eromheen kunt zetten

Oppervlakte

Wat is de oppervlakte?

• Je geeft aan hoe groot iets is
• Lengte x Breedte
•  Voorbeelden in huis/klas

De oppervlakte druk ik uit in?

1. m2
2. m
3. m3

Oppervlakte betekent

1. De oppervlakte bepaalt bijvoorbeeld hoeveel mest je nodig hebt
2. De oppervlakte van een tuin bepaalt hoe lang het hek is dat je eromheen kunt zetten

Wat is de
oppervlakte
van deze kamer?

1. 10 m²
2. 16 m²
3. 20 m²
4. 15 m²

Wat
is de
oppervlakte?

1. 35
2. 300
3. 60
4. 70

Inhoud berekenen

Dus:

• Inhoud is lengte x breedte x hoogte (lxbxh)
• 3 maten dus mm³, cm^3, dm^3, m³ enz. 
• Bij omreken:
• 3 maten dus 3 nullen erbij of eraf

Om de inhoud te berekenen gebruiken we;

1. Hoogte x lengte
2. Hoogte x breedte
3. Lengte x Breedte
4. Lengte x breedte x hoogte

Oppervlakte berekenen

1. Heel makkelijk
2. Makkelijk
3. Beetje makkelijk, beetje moeilijk
4. Moeilijk. Help!

Zijn er nog vragen?