Werkwoordspelling 1kt

Werkwoordspelling

- Uitleg tegenwoordige tijd

- Uitleg verleden tijd

- Opdrachten

- Afronding

1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Werkwoordspelling

- Uitleg tegenwoordige tijd

- Uitleg verleden tijd

- Opdrachten

- Afronding

Slide 1 - Slide

Hoe spel je de ik-vorm van een werkwoord?

Slide 2 - Open question

Tegenwoordige tijd

Je bepaalt de ik-vorm

Dit doe je door -en van het werkwoord af te halen. En waar nodig woorden aan te passen.


Slapen - slaap       

Spelen - speel        

Slide 3 - Slide

Tegenwoordige tijd

Slide 4 - Slide

Pieter en Jelle .... hun kamer.(veranderen)

Slide 5 - Open question

Hij .... elke dag voor zijn moeder. (koken)

Slide 6 - Open question

Jouw mentor .... jouw cijferlijst met je. (bespreken)

Slide 7 - Open question

Verleden tijd

Net als in de tegenwoordige tijd ga je bij het vervoegen van zwakke (regelmatige) werkwoorden in de verleden tijd uit van de ik-vorm. Hiermee bepaal je de uitgang in de verleden tijd.


Ik kook - ik kookte

Ik vertel - ik vertelde

Ik raad - ik raadde

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Kahoot werkwoordspelling

Slide 10 - Slide

Verder...

W4 en W5 afmaken


Klaar? Lezen H5 maken

Slide 11 - Slide