What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
V4 19.1. zw ww .v.t. Hören, Sehen, Sprechen
1 / 33
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
This lesson contains
33 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Programm, Donnerstag 19.1.
Zwakke werkwoorden verleden tijd
Hören + Sprechen
Sehen
Ihr könnt die regelmäßigen Verben korrekt gebrauchen.
Slide 2 - Slide
Zwakke werkwoorden
Slide 3 - Slide
zwakke Werkwoorden tegenwoordige tijd
zwakke ww
(lachen)
ich
lach-
e
du
lach-
st
er/sie/es
lach-
t
wir
lach-
en
ihr
lach -
t
sie/Sie
lach -
en
ge
- lach -
t
Slide 4 - Slide
Werkwoorden met stam op s/ss/ß/z
reisen
küssen
tanzen
ich
reis -
e
küss -
e
tanz -
e
du
reis -
t
küss -
t
tanz -
t
er/sie/es
reis -
t
küss -
t
tanz -
t
wir
reis -
en
küss -
en
tanz -
en
ihr
reis -
t
küss -
t
tanz-
t
sie/Sie
reis -
en
küss -
en
tanz-
en
!!!
ge
- reis -
t
ge
- küss -
t
ge
- tanz -
t
Slide 5 - Slide
Werkwoorden met
d/t
in stam
(arbeiten)
(melden)
ich
arbeit -
e
meld-
e
du
arbeit -
e
st
meld-
e
st
er/sie/es
arbeit -
e
t
meld-
e
t
wir
arbeit -
en
meld-
en
ihr
arbeit -
e
t
meld -
e
t
sie/Sie
arbeit -
en
meld -
en
ge
- arbeit -
e
t
ge
- meld -
e
t
Slide 6 - Slide
Sonderfälle
(ademen)
atmen
atm- du atm
e
st, er atm
e
t
(openen)
öffnen
öffn- du öffn
e
st, er öffn
e
t
(rekenen)
rechnen
rechn- du rechn
e
st, er rechn
e
t
(regenen)
regnen
regn- es regn
e
t
(tekenen)
zeichnen
zeichn- du zeichn
e
st, er zeichn
e
t
Slide 7 - Slide
Vergangenheit
Onvoltooid verleden tijd
Slide 8 - Slide
Sleep de uitgangen naar de juiste plek
ich
du
er/sie/es/man
wir
ihr
sie/Sie
mach
mach
mach
mach
mach
mach
-te
-test
-te
-ten
-ten
-tet
Slide 9 - Drag question
Vergangenheit (o.v.t.)
spielen
ich
spiel
t
e
du
spiel
test
er/sie/es
spiel
te
wir
spiel
ten
ihr
spiel
tet
sie/Sie
spiel
ten
er
hat gespielt
Slide 10 - Slide
Sleep de uitgangen naar de juiste plek
ich
du
er/sie/es/man
wir
ihr
sie/Sie
mach
mach
mach
mach
mach
mach
-te
-test
-te
-ten
-ten
-tet
Slide 11 - Drag question
Wir ..... bis 1789 Musik an der Universität Bonn. (studeerden)
A
studiert
B
studierten
C
studierteten
D
studiertet
Slide 12 - Quiz
Übersetze 'jullie kochten'
kaufen (= kopen)
A
ihr kaufte
B
ihr kaufetet
C
ihr kauftet
D
ihr kauft
Slide 13 - Quiz
Verben mit Stamm auf -d/-t
Slide 14 - Slide
Präsens
Präteritum
ich
antwor
t
e
antwor
t
ete
du
antwor
t
e
st
antwor
t
etest
er/sie/es
antwor
t
e
t
antwor
t
ete
wir
antwor
t
en
antwor
t
eten
ihr
antwor
t
e
t
antwor
t
etet
sie/Sie
antwor
t
en
antwor
t
eten
Slide 15 - Slide
Vergangenheit (o.v.t.)
spielen
antworten
ich
spiel
t
e
antwor
t
ete
du
spiel
test
antwor
t
etest
er/sie/es
spiel
te
antwor
t
ete
wir
spiel
ten
antwor
t
eten
ihr
spiel
tet
antwor
t
etet
sie/Sie
spiel
ten
antwor
t
eten
er
hat gespielt
hat geantwortet
Slide 16 - Slide
fragen
er....
A
fragt
B
fragtet
C
frug
D
fragte
Slide 17 - Quiz
arbeiten
ihr.....
A
arbeitetet
B
arbeitet
C
arbeittet
D
arbeiten
Slide 18 - Quiz
Verben mit Stamm auf -s/ss/ß/z
Slide 19 - Slide
Werkwoorden met stam op s/ss/ß/z
reisen t.t.
reisen v.t.
ich
reis -
e
reis -
t
e
du
reis -
t
reis -
test
er/sie/es
reis -
t
reis -
te
wir
reis -
en
reis -
t
en
ihr
reis -
t
reis -
tet
sie/Sie
reis -
en
reis -
t
en
ge
- reis -
t
ge
- reis -
t
Slide 20 - Slide
Hoe krijg je het voltooid deelwoord bij zwakke werkwoorden?
Slide 21 - Open question
Slide 22 - Slide
Trennbare Verben
auflegen -> aufgelegt
zusammenfügen -> zusammengefügt
Slide 23 - Slide
Ausnahmen!
Werkwoorden waarvan de klemtoon niet op de 1de lettergreep valt!
überqueren hat überquert
verlangen hat verlangt
not
ieren
hat notiert
Slide 24 - Slide
Het voltooid deelwoord van het werkwoord kaufen is
A
gekauft
B
gekaufd
C
gekaufen
D
gekauften
Slide 25 - Quiz
Het voltooid deelwoord van het werkwoord tanzen is
A
getanzen
B
getanzd
C
getanzt
D
getanzet
Slide 26 - Quiz
Het voltooid deelwoord van het werkwoord melden is
A
gemelden
B
gemeld
C
gemeldt
D
gemeldet
Slide 27 - Quiz
Het voltooid deelwoord van het werkwoord fotografieren is
A
gefotografiert
B
fotografiert
C
gefotografieren
D
gefotografieren
Slide 28 - Quiz
Üben
Seite 115
Aufgabe 10, 11, 14
Slide 29 - Slide
Üben
Seite 116
Hören Aufgabe 13,
Sprechen Aufgabe 16
Slide 30 - Slide
Sehen
Seite 109
Aufgabe 2
Slide 31 - Slide
Sprechen
Seite 117
Aufgabe 16
Slide 32 - Slide
Hausaufgabe für Donnerstag .1.
Lernen: Kap 3 Wörterliste 1, 2 Spalte nl>d
Machen: Aufgabe 15, online
Slide 33 - Slide
More lessons like this
V4 12.1. zw ww, K3 Lied + lesen
January 2023
- Lesson with
44 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
V4 12.1. zw ww, K3 Lied + lesen
January 2023
- Lesson with
46 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
V4 16.1. zw ww ., Lesen
January 2023
- Lesson with
45 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
15.11. K12 zw ww o.v.t.
December 2022
- Lesson with
31 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
5.9. zw ww tt, Lesen
August 2023
- Lesson with
40 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
17.11. K12 zw ww o.v.t., Hören, Lesen
November 2021
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
zwakke ww in de verleden tijd
March 2022
- Lesson with
16 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Zwakke werkwoorden vervoegen klas 2
January 2021
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2