Les 5

une petite vidéo
Les garçons ont quel âge?
Ils habitent où?
Qu'est-ce qu'ils veulent pour Noël?
Qu'est-ce qu'ils veulent acheter pour leurs parents?
1 / 28
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

une petite vidéo
Les garçons ont quel âge?
Ils habitent où?
Qu'est-ce qu'ils veulent pour Noël?
Qu'est-ce qu'ils veulent acheter pour leurs parents?

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

  • SO
  • répéter - la grammaire
  • oefentoets
Le but: à la fin de ce cours:
  • heb ik vragen kunnen stellen over de onderdelen van de toets
  • heb ik een oefentoets gemaakt

Slide 3 - Slide

Inkijken
Bekijk goed je fouten! 
Leer ervan voor de toetsweek!

Slide 4 - Slide

Veel gemaakte fouten
Nous = wij
Vous = jullie (s'il vous plaît - alstublieft)
On = men, wij





Slide 5 - Slide

Veel gemaakte fouten
Jij bent = tu as     (niet tu a)

Na voltooid deelwoord avoir nooit een extra e of es
elle a pu en niet elle a pue

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Passé composé
J´ai pu
Elle a pu
Nous avons pu
Elles ont pu

Slide 8 - Slide

Voer de juiste vorm van pouvoir in:
Ta copine ______________ (présent)

Slide 9 - Open question

Voer de juiste vorm van pouvoir in:
Vous __________

Slide 10 - Open question

Voer de juiste vorm van pouvoir in:
Mes frères __________

Slide 11 - Open question

Voer de juiste vorm van pouvoir in:
je ______________ (passé composé)

Slide 12 - Open question

Voer de juiste vorm van pouvoir in:
les garçons ______________ (passé composé)

Slide 13 - Open question

Voer de juiste vorm van pouvoir in:
Marie__________(passé composé)

Slide 14 - Open question

Bezittelijk voornaamwoord
  • Zegt wat over van wie iets is
  • Vorm bepaalt door het woord erna (niet wie het zegt)
  • Mannelijk, vrouwelijk, mv

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

(Hun) stylo

Slide 17 - Open question

(Onze) parents

Slide 18 - Open question

(Uw) frère

Slide 19 - Open question

(Jullie) petits frères

Slide 20 - Open question

De kloktijden
Frans naar Nederlands

In diagnostische test is het van NL - FR om het iets moeilijker te maken...

Slide 21 - Slide

Vertaal: il est minuit et demi.

Slide 22 - Open question

Vertaal: Il est midi et quart.

Slide 23 - Open question

Il est sept heures moins vingt.

Slide 24 - Open question

Leestekst
Les jeunes
découvrir
Mais, aussi, c'est pourquoi
Chaque semaine, chaque mois

Slide 25 - Slide

Nog vragen over de toetsweek?
cultuur vragen - lees beginstuk hoofdstuk
Vul altijd een woord in bij de invulzinnen (evt. in NL)
Maak de toets niet te snel

Slide 26 - Slide

Diagnostische toets
Ga aan de slag

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video