Les 9 $3 Ondernemingen in de tijd +herhaling

1 / 22
next
Slide 1: Video
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Door middel van octrooien en patenten proberen bedrijven ervoor te zorgen dat ze alleenrecht houden
A
Volkomen concurrentie
B
Monopolistische concurrentie
C
Oligopolie
D
Monopolie

Slide 2 - Quiz

Als de algemene prijs van tijd hoger is dan de individuele prijs van tijd zal de consument sparen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Door inflatie stijgt de koopkracht van geld
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

De rente die een bank uitkeert op je spaarrekening is een voorbeeld van reëel rendement
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

Tegenwoordig ontkomt niemand meer aan levenslang leren
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Een stroomgrootheid wordt gemeten..
A
op een moment
B
over een periode

Slide 7 - Quiz

Bij een stroomgrootheid denk (of zeg) je altijd een tijdseenheid. 
Bij een voorraadgrootheid denk (of zeg)  je altijd een tijdstip.
Stroom
Voorraad
loon
studieschuld
 jaarlijkse aflossing van de hypotheekschuld

 aantal werklozen

winst
bevolkingsomvang
bbp
 te betalen hypotheek rente
saldo spaarrekening

Slide 8 - Drag question

Elementair boekhouden

Voorraadgrootheden, grootheden waarvan de waarde op een bepaald moment wordt bepaald.

Voorbeeld: Grondstoffen, aantal bedrijfauto's, terug te zien op de balans 
Stroomgrootheden, deze grootheden worden over een bepaalde periode vastgesteld. Daardoor verandert hun waarde door de tijd heen.

Voorbeeld: opgebouwde rente en bedrijfswinsten, terug te zien op de resultatenrekening

Slide 9 - Slide

Opbrengsten
Bezittingen
Stroomgrootheid
Voorraadgrootheid
Kosten
Schulden
Resultaten-
rekening
Balans

Slide 10 - Drag question

De Balans
Overzicht van voorraadgrootheden, bezittingen en schulden 

Slide 11 - Slide

De ruwe olie van Shell in de olieopslagtanks in Pernis
A
Vlottende activa
B
Vaste activa

Slide 12 - Quiz

Sleep de namen naar de juiste plek op de balans
Debetzijde
Creditzijde
Vaste activa
Vlottende activa
Liquide middelen
Vreemd vermogen lang
Vreemd vermogen kort
Voorraad
Auto
Eigen vermogen
Lening
Crediteuren
Bank

Slide 13 - Drag question

Tankauto's van Shell die de benzine naar de benzinestations brengen.
A
Vlottende activa
B
Vaste activa

Slide 14 - Quiz

Lading benzine in de tankauto's
A
Vlottende activa
B
Vaste activa

Slide 15 - Quiz

Digitale camera's in het magazijn van de Media Markt in Nederland
A
Vlottende activa
B
Vaste activa

Slide 16 - Quiz

Kinderbijslag is een stroomgrootheid
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Digitale camera's van fotograaf Hans van Oostrom
A
Vlottende activa
B
Vaste activa

Slide 18 - Quiz

De inflatie in Nederland wordt berekend door de banken
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Resultatenrekening
Overzicht van kosten en opbrengsten in een bepaalde periode. Staan alleen stroomgrootheden op. 

Slide 20 - Slide

Bij deflatie neemt de vraag naar goederen en diensten af
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quiz

Is het opbouwen van je studieschuld een stroomgrootheid of een voorraadgrootheid?
A
Voorraadgrootheid
B
Stroomgrootheid

Slide 22 - Quiz