Exploratie van Neerslagreacties

Exploratie van Neerslagreacties
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Exploratie van Neerslagreacties

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je neerslagreacties begrijpen en toepassen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over neerslagreacties?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat zijn neerslagreacties?
Neerslagreacties zijn chemische reacties waarbij vaste deeltjes (neerslag) worden gevormd uit opgeloste stoffen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld van een neerslagreactie
Een voorbeeld van een neerslagreactie is de reactie tussen zilvernitraat (AgNO3) en natriumchloride (NaCl), waarbij zilverchloride (AgCl) neerslaat.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Neerslagreactievergelijkingen
Neerslagreactievergelijkingen worden gebruikt om de reactie tussen de opgeloste stoffen en de neerslag weer te geven. Ze worden vaak geschreven in ionvorm.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Oplosbaarheidsregels
Oplosbaarheidsregels geven aan welke combinaties van ionen leiden tot neerslagvorming. Bijvoorbeeld: de meeste nitraten zijn oplosbaar.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Practicum: Neerslagreacties
Voer een practicum uit waarbij studenten verschillende combinaties van opgeloste stoffen mixen om te zien welke neerslagreacties optreden.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Toepassingen van neerslagreacties
Neerslagreacties hebben veel toepassingen, zoals het verwijderen van verontreinigingen uit water en het produceren van medicijnen.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Samenvatting
Neerslagreacties zijn chemische reacties waarbij vaste deeltjes worden gevormd uit opgeloste stoffen. Ze kunnen worden voorspeld met behulp van oplosbaarheidsregels en hebben vele praktische toepassingen.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.