HOE OVERLEEF IK MIJN TOETS?!

TOETSWEEK, HELP!!
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

TOETSWEEK, HELP!!

Slide 1 - Slide

GEINTJE NATUURLIJK, JULLIE KUNNEN DIT!!

Slide 2 - Slide

Wat moet je kunnen en kennen?
Kijk in de naslag voor de begrippen die je moet kennen:
  • tekst- en alinea-indeling
  • alineaverbanden
  • onderwerp en hoofdgedachte
  • tekstdoelen

  • leesstrategieën
  • functie afbeeldingen

Slide 3 - Slide

 inleiding
Manieren van inleiden:
  • reden geven van schrijven 
  • voorbeeld te geven
  • opbouw van de tekst geven
  • mening geven
  • belangrijkste informatie

Slide 4 - Slide


Lees de inleiding
nauwkeurig.

Wat is de functie van de inleiding?
A
enkel aandacht trekken
B
het onderwerp noemen
C
centrale vraag stellen
D
samenvatting geven

Slide 5 - Quiz

Kern
  • feiten
  • argumenten
  • oplossingen voor probleem dat in de inleiding wordt verteld
  • antwoord op de vraag van de inleiding


Slide 6 - Slide

Wat hoort bij inleiding, kern of slot? Sleep de blokken naar het juiste tekstonderdeel.
Inleiding
Kern
Slot
de aandacht van de lezer trekken
voor- en nadelen
voorbeelden
conclusie
herhaling mening
samenvatting
vraag of stelling

Slide 7 - Drag question

Wat betekenen deze woorden uit de tekst? 
a. mascotte
b. bedien je
c effect
d ingrijpen
e collega
f. onder de voet loopt
g. compliment
1. iemand die bij hetzelfde bedrijf werkt
2. je ergens mee bemoeien als iets mis dreigt te gaan
3. omverloopt

4. positieve opmerking
5.reclamefiguur
7. zorg ervoor dat iets werkt
6. uitwerking

Slide 8 - Drag question

Inleiding
Kern
Slot

Slide 9 - Drag question

Slot
  •  samenvatting van de tekst
  • conclusie
  • advies
  • vraag stellen
  • verwachting toekomst

Slide 10 - Slide

Lees het slot. Wat is de functie van het slot?

A
een advies geven
B
een conclusie geven
C
een samenvatting geven
D
een toekomstverwachting geven

Slide 11 - Quiz

9. Als er 'dus' in het slot staat, wat zal dan waarschijnlijk de functie van het slot zijn?
A
Een advies geven
B
Een conclusie geven

Slide 12 - Quiz

Wat vind je niet in het slot?
A
een samenvatting
B
een blik naar de toekomst
C
een deelonderwerp
D
een conclusie

Slide 13 - Quiz

tekstverbanden

Slide 14 - Slide

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
opsomming
tegenstelling
voorbeeld
echter
maar
ook
zo
daarnaast
zoals

Slide 15 - Drag question

Ten eerste
Om te beginnen
Maar
Toch
En
Ook
Hoewel
Ten slotte
Verder
Echter
Opsommend tekstverband
Tegenstellend tekstverband
Tegenover

Slide 16 - Drag question

Tekstverband = uitleg/ toelichting
Tekstverband = opsomming
Tekstverband = tegenstelling
 
   ook

  bijvoorbeeld

    zo

    maar

Slide 17 - Drag question

opsommend tekstverband
concluderend tekstverband
tegenstellend tekstverband
redengevend tekstverband
uitleggend/voorbeeldgevend tekstverband
oorzaak-gevolg tekstverband
samenvattend tekstverband
dus
en
toch
zodat
zoals
maar
kortom
daarom
vervolgens
immers
daarentegen
niet alleen...maar ook
dan ook
alles bij elkaar
dat wil zeggen
want

Slide 18 - Drag question

onderwerp en hoofdgedachte
  •  onderwerp = waar gaat de tekst over (paar woordjes)
vind je vaak al in de titel of ondertitel
  • deelonderwerp = klein onderwerp in een tekst, bijv. onderwerp is voetbal, deelonderwerp is dan amateurvoetbal
  • hoofdgedachte = kijk door de ogen van de schrijver, wat wil hij/zij ermee bereiken/ wat wil hij/zij zeggen? (een zin)
staat meestal wel in de inleiding of slot, maar je moet er wel zelf over nadenken.

Slide 19 - Slide

Tekstdoelen

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Leesstrategieën
Hangt af van het doel!!

  • nauwkeurig lezen (informeren)
  • zoekend lezen (instructie)
  • globaal lezen (amuseren)
(kritisch lezen) (overtuigen/overhalen)

Slide 22 - Slide

amuseren
informeren
overhalen
amuserende tekst
informerende tekst
aansporende tekst

Slide 23 - Drag question

Slide 24 - Video