Zorginstellingen

Zorginstelling
1 / 26
next
Slide 1: Mind map
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Zorginstelling

Slide 1 - Mind map

Hebben jullie een familielid of kennis die in één van de soorten zorgorganisaties woont?
Zo ja; wie en noem de naam van de organisatie.

Slide 2 - Open question

Soorten zorginstellingen 
  • Profit organisatie; is een zorginstelling die winst maakt.


  •  Non-profit organisatie; is een zorginstelling die geen winst maakt. 


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

De zorg van mensen met een psychiatrische stoornis valt onder de
A
GGD
B
GGZ
C
CVA
D
VVD

Slide 6 - Quiz

Extramurale Zorg
A
Zorg buiten de muren van een instelling
B
Zorg binnen de muren van een instelling

Slide 7 - Quiz

Zorg die direct toegankelijk is voor de patiënt hoort bij de …..
A
Tweedelijns zorg
B
Eerstelijns zorg

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Zorg(leef)plan

Slide 13 - Slide

Wat is een zorg(leef)plan?
  • Wie kan uitleggen wat een zorg(leef)plan is?

  • Volgens de rijksoverheid:
  • In een zorgplan is een (digitaal)document waar afspraken in staan die u, de zorgvrager, met uw zorginstelling maakt over uw zorg en ondersteuning. 

  • In een zorg(leef)plan staan afspraken over: 
  • verpleging en begeleiding; dagbesteding; hulp van familie of vrienden (mantelzorg).

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Methodisch werken
  • Wat is methodisch werken?
  • Methodisch verpleegkundig werken houdt in dat je verpleegkundig werk uitvoert door middel van een vaste doordachte werkwijze en dat je daarmee je doel wilt behalen. 

  • Methodisch werken bij casus Dhr. de Haas? 
  • De leertaak geeft de opdracht dat jullie aan het eind van de 10 weken de zorg kunnen uitvoeren volgens het zorg(leef)plan


Slide 16 - Slide

Stappenplan methodisch werken
1. Verzamelen van gegevens
2. Vastellen van de behoefte en het probleem
3. Vaststellen doelen 
4. Vaststellen van en plannen zorgactiviteit
5. Bepalen en plannen van de verpleegkundige interventies
6. Het evalueren van de verpleegkundige zorg

Slide 17 - Slide


1. Verzamelen gegevens
  • Hoe?
  • De zorgvrager zelf 
  • Fam. En mantelzorgers 
  • Verzorgenden en andere professionals

  • Waarom? 
  • De zorgvrager leren kennen
  • Dus.........

Slide 18 - Slide

  • Wie is hij 
  • Wat is zijn levensstijl 
  • Wat is zijn dagritme 
  • Wat is zijn verwachting 
  • Waar geniet hij van 
  • Wat zijn zijn behoeften 

  • Belang?
  • Alleen zo kun je een zorgbehoefte vaststellen en de gerichte zorg bieden




Slide 19 - Slide

2. Vastellen behoefte en probleem

  • Wat is een zorgbehoefte?
  • Wat is een zorgprobleem?
  • Stel goede vragen en bedenk wat er mogelijk kan gebeuren!



Slide 20 - Slide

3. Vaststellen doelen/4. vaststellen zorgactiviteit
  • Formuleer een concrete omschrijving van een gewenste situatie of gewenst gedrag van de zv met een duidelijk tijdslimiet (SMART)

  • Korte termijn doelen
  • Lange termijn doelen

  • PES
    --> P = Het probleem E = Oorzaak van het probleem S = De verschijnselen van het probleem 




Slide 21 - Slide

4/5. Bepalen en plannen zorgactiviteiten en verpleegkundige interventies

Slide 22 - Slide

6. Het evalueren van de verpleegkundige zorg
  • Doelen behaald?
  • Wat is het resultaat?
  • Tevreden?

Slide 23 - Slide

Waarom werken zorgorganisaties met een zorg(leef)plan?
  • De kracht van het zorg(leef)plan bij goed gebruik heeft veel voordelen:
  • Het zorg(leef)plan is een instrument dat helpt om in de zorgverlening de wensen en behoeften van de zorgvrager centraal te stellen en vervolgens de zorg te indiceren en organiseren.

  • Het zorg(leef)plan helpt je methodisch te werken. Je wordt bijvoorbeeld gestimuleerd regelmatig met de zorgvrager te evalueren: welke vragen en behoeftes heeft u? Ondersteunen we u te leven zoals u het wenst?

  • Hiermee hangt samen dat je de regie van de zorgvrager vergroot. De zorgvrager is aan het woord. De cliënt geeft aan waar zijn behoeftes liggen.

Slide 24 - Slide

Wat heb je geleerd

Slide 25 - Mind map

Vragen?????

Slide 26 - Slide