This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je levensvragen herkennen en met wat hulp zelf voorbeelden bedenken.
Slide 1 - Slide
Feit & mening
The sun is hot.
I love the sun.
I have a name.
I like my name.
My parents have a car.
We have a cool car.
Slide 2 - Slide
Feiten & meningen
Slide 3 - Slide
Zelf aan de slag
Slide 4 - Slide
Levensvragen
Gewone vragen
Gaan over belangrijke dingen in het leven.
Geen vast antwoord => meningen.
Voorbeelden:
Zal ik ooit gelukkig zijn?
Is er een God?
Is geld belangrijk?
Gaan over normale dingen, vaak minder belangrijk.
Precieze antwoorden => feiten.
Examples:
Hoe laat is het?
Waar is mijn telefoon?
Waar ligt Waskemeer?
Slide 5 - Slide
Levensvragen: geen vast antwoord
Op verschillende momenten in je leven denk je er verschillend over. Op je 10e denk je anders over het leven dan op je 31ste.
Er is geen antwoord mogelijk waar iedereen het mee eens is. Mensen verschillen te veel van mening.
Want:
Slide 6 - Slide
Een levensvraag heeft ...
A
een precies antwoord
B
een simpel antwoord
C
geen antwoord
D
geen vast antwoord
Slide 7 - Quiz
Waarom heeft een levensvraag geen vast antwoord?
A
verschillende meningen
B
je kunt het niet bewijzen
C
ze hebben wel vaste antwoorden
D
niemand weet het zeker
Slide 8 - Quiz
Sleep de vragen hieronder naar de juiste soort: gewone vraag of levensvraag.
Levensvraag
Gewone vraag
Hoe duur was je telefoon?
Word je van geld gelukkig?
Waar is mijn water?
Is er een hel?
Kun je mensen wel echt vertrouwen?
Wat is het meest belangrijke in het leven?
Is een sigaret gezond?
Slide 9 - Drag question
Slide 10 - Slide
Bedenk een levensvraag en een gewone vraag voor dit plaatje.
Slide 11 - Open question
Bedenk een levensvraag en een gewone vraag voor dit plaatje.
Slide 12 - Open question
Uitleg
Mensen gaan vaak over levensvragen nadenken bij ervaringen die echt wat met ze doen. Voorbeelden hiervan:
Als voetballer scoor je voor het eerst in de Champion's League.
Je beste vriendin gaat verhuizen naar een ander land.
Een hond wordt voor je huis aangereden.
Dit kan vragen oproepen als:
Waarom heb ik zulke successen?
Wat betekent vriendschap voor mij?
Is het belangrijk om voor dieren te zorgen?
Slide 13 - Slide
Uitleg 2
Veel van wat je elke dag meemaakt raakt je niet heel diep. Je gaat niet meteen over het leven nadenken als je je tanden poetst of 's ochtends naar school fietst.
Heel veel dingen die je meemaakt zijn niet zo bijzonder: gewone ervaringen.
Slide 14 - Slide
Is dit een gewone ervaring?
A
Yes
B
No
Slide 15 - Quiz
Is dit een gewone ervaring?
A
Yes
B
No
Slide 16 - Quiz
Is dit een gewone ervaring?
A
Yes
B
No
Slide 17 - Quiz
Is dit een gewone ervaring?
A
Yes
B
No
Slide 18 - Quiz
Is dit een gewone ervaring?
A
Yes
B
No
Slide 19 - Quiz
Is dit een gewone ervaring?
A
Yes
B
No
Slide 20 - Quiz
Groepen levensvragen
Er zijn zes groepen levensvragen, die elk over hun eigen deel van het leven gaan. Elke levensvraag kun je in één van deze zes groepen verdelen.
Vragen over wat belangrijk is in het leven.
Vragen over wie de mens is.
Vragen over hoe we met elkaar omgaan.
4. Vragen over hoe we omgaan met lijden en dood.
5. Vragen over de tijd.
6. Vragen over de natuur.
Slide 21 - Slide
Sleep onderstaande levensvragen naar de goede groep.
Belangrijke dingen in het leven
Wie de mens is/wie jij bent
Omgaan met elkaar
Omgaan met lijden & dood
De tijd
De natuur
Is gamen het belangrijkste in je leven?
Wat vind je van het eten van vlees?
Vertel je alles aan je ouders?
Hoe is het leven ooit begonnen?
Waarom ben ik zo verlegen?
Waarom wordt hij gepest?
Slide 22 - Drag question
Oww, waar was dat voor?
Het maakt niet uit! Het is in het verleden!
Ja, maar het doet nog steeds pijn.
Ah ja, het verleden kan pijn doen. Maar zoals ik het zie, kun je er voor wegrennen of...ervan leren.
Slide 23 - Slide
Leg uit wat de voorgaande strip met deze les heeft te maken.
Slide 24 - Open question
Slide 25 - Video
1. Wat betekent Hakuna Matata? 2. Wat heeft dat met deze les te maken?
Slide 26 - Open question
Wat hebben levensvragen met godsdiensten te maken?
Slide 27 - Open question
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 28 - Open question
Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen.