Ondersteunen bij voeding en vocht

1 / 19
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

TM Traject
TM Traject, Persoonlijke basiszorg en palliatieve zorg N3 en N4
Module 3 "Ondersteunen bij voeding en vocht"
Hoofdstuk 2 Zorg en ondersteuning bij eten en drinken
nog checken
2.6 verpleegkundige zorg bij voeding van de volwassene (volledig)
2.7 verslikken
2.8 de taak van de verpleegkundige

Opdrachten:
Test je kennis: verpleegkundige zorg bij voeding van de volwassene

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les:

  • kan ik vertellen wat gezonde voeding is en wat de Schijf van 5 inhoudt
  • weet ik hoe ik de zorgvrager kan  ondersteunen bij de inname van voeding en vocht, waarbij ik rekening houd met zijn/haar wensen,  gewoonten, handicap of beperking
  • kan ik een vochtbalans aanleggen en bijhouden en acties ondernemen als de vochthuishouding uit balans dreigt te raken
  • kan ik 5 maatregelen benoemen om de voeding- en vochtinname te bevorderen
  • kan ik de verschillende voedingsproblemen benoemen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Gezonde voeding - de schijf van 5

Slide 4 - Slide

Deze Schijf van Vijf kun je gebruiken als je je voeding samenstelt of als je voorlichting geeft over gezonde voeding.
In de Schijf van Vijf benoemt het Voedingscentrum de belangrijkste elementen van gezonde voeding:
De Schijf van Vijf geeft vijf groepen voedingsmiddelen die rijk zijn aan voedingsstoffen. Deze voedingsmiddelen heb je nodig om in het Nederlandse voedingspatroon alle benodigde voedingsstoffen binnen te krijgen. 

De voedingsmiddelen zijn:
  • veel groente en fruit;
  • vooral volkoren, zoals volkorenbrood, volkorenpasta, volkorencouscous en zilvervliesrijst;
  • minder vlees en meer plantaardig: varieer met vis, peulvruchten, noten, eieren en vegetarische producten;
  • genoeg zuivel, zoals melk, yoghurt en kaas;
  • een handje ongezouten noten;
  • zachte of vloeibare smeer- en bereidingsvetten;
  • voldoende vocht, zoals kraanwater, thee en koffie.

Slide 5 - Video

Vraag reactie van de studenten?

Waarmee houd je rekening rondom hulp bij voeding?
  • Handen wassen zorgvrager, en je eigen handen
  • Smakelijk opdienen
  • Vraag hoe de zorgvrager het wilt nuttigen
  • Bescherm kleding zorgvrager
  • Tijdens de maaltijd zorgvrager prettig houding
  • Bidden voor en na
  • Niet blijven staan, ooghoogte zitten
  • Pas snelheid aan tempo zorgvrager
  • Na maaltijd zorgvrager gewenste houding
Gelegenheid handen, mond en gebit te reinigen




Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Hygiëne rondom eten klaar maken
  • Voorkom vuilen wonden aan je handen
  • Zorg voor schoon serviesgoed
  • Controleer de houdbaarheidsdatum
  • Bewaar levensmiddelen op de juiste temperatuur
  • Zorg voor goede hygiëne koelkasten en vriezers

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Zelfzorgtekorten m.b.t. opname voeding en vocht
Wanneer iemand zijn zorg niet meer zelf kan of wilt uitvoeren spreken we van een zelfzorgtekort.

Welke acties kun je ondernemen bij zorgvrager:
  • met een vaardigheidstekort ?
  • met een motivatietekort ?
  • met kennistekort ?

Slide 8 - Slide

Vaardigheidstekort: 
volledige overname: bijv. de zv eten/drinken geven
gedeeltelijke overname: bijv. door het eten te snijden, gebruik van hulpmiddelen aanleren
Motivatietekort: bijv. door zv te stimuleren/motiveren door o.a. naar zijn wensen en gewoonten te luisteren van voor zijn ziekzijn, samen koken/eten
Kennistekort: voorlichting geven, diëtist inschakelen
Aangepast bestek
Welke discipline schakel je hiervoor in?

Slide 9 - Slide

ergotherapeut:
De ergotherapeut is opgeleid om mensen met een beperking te helpen hun zelfredzaamheid en zelfregie te vergroten. Daarbij gaat de ergotherapeut uit van dat wat een zorgvrager nog wel zelf kan. Daarbij kun jij een rol spelen in het overdragen van jouw kennis van de zorgvrager.
Rol van de logopedist bij slikproblemen
  • Een logopedist is een therapeut die zich bezighoudt met alles wat te maken heeft met de mond, waaronder praten, kauwen en slikken.
  • Een logopedist kan samen met jou kijken naar mogelijke oplossingen voor een slikprobleem. 
  • Een logopedist kan een plan opstellen om bepaalde spieren extra te trainen, maar kan ook adviezen geven. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Problemen bij eten en drinken
Slikproblemen
Ondervoeding
Uitdroging
Overgewicht.

Lees hierover op: https://www.zorgvoorbeter.nl/thema-s/eten-en-drinken/problemen-bij-eten-en-drinken

Slide 11 - Slide

Op de bijbehorende link staat van alles over deze problemen. Ook filmpjes.
Verslikken
Jij als verpleegkundige moet weten of een zv een dieet heeft of als hij/zij slikproblemen heeft. 

Bij slikproblemen kans op longontsteking, maar ook kans bij ernstige verslikking op verstikken!! 

Bij de reanimatieles leer je wat te doen bij ernstige verslikking / reanimeren




Slide 12 - Slide

Wat te doen bij verslikking?
Kijk bij een verslikking allereerst in de mond of je het probleem weg kunt halen. Als het slachtoffer goed kan hoesten, moedig je enkel het hoesten aan. Kunstgebit verwijderen.
Bij ernstige verslikking
 geeft het slachtoffer aan benauwd te zijn. Hij grijpt mogelijk naar de keel, is in paniek, kan niet praten of hoorbaar hoesten en probeert wanhopig adem te halen, wat soms een gierend geluid geeft. Handel dan als volgt:

Bel 112 of laat 112 bellen.
Laat het slachtoffer met verslikking vooroverbuigen.
5x rugslagen tussen de schouderbladen  Ondersteun de borstkas hierbij met je andere hand. Helpt dat niet?
Ga achter het slachtoffer staan, plaats een vuist op de bovenkant van de buik en onder het borstbeen. Ondersteun met je andere hand deze vuist.
Trek beide handen met een ruk schuin omhoog naar je toe, doe dit max. 5x.
Wissel deze handelingen af totdat de verslikking is opgeheven of totdat het ambulancepersoneel het overneemt.

Als het slachtoffer het bewustzijn verliest, moet hij gereanimeerd worden. 



Vochtbalans
Normaal gesproken zijn in het menselijk lichaam de opname en uitscheiding van water in balans (= vochtbalans).

Bij sommige zorgvragers is het nodig deze balans bij te houden en te controleren. Bij een vochtbalans vergelijk je het vocht dat wordt opgenomen met het vocht dat wordt uitgescheiden.


Slide 13 - Slide

Kort even opfrissen wordt uitgebreid behandeld bij verpleegkunde 

Bij dit vak richten op de verpleegkundige zorg

Voor aanvang van je dienst moeten alle medewerkers weten dat je bij zv vochtbalans moet bijhouden!

Uitscheiding vocht door:
ademhaling, urine, zweten (ook al zie je het niet), ontlasting, braken
Vochtbalans
24 uur (meestal start en sluit de nachtdienst vochtbalans). Meerdere dagen.

Negatief: vochtopname is minder dan het vochtverlies (dehydratie, verminderde huidturgor)
Positief:  de vochtopname is meer dan het vochtverlies (oedeemvorming).

Verpleegkundige zorg:
ook wegen van zorgvrager bij negatieve / positieve vochtbalans!

Slide 14 - Slide

dehydratie = uitdroging
huidturgor = elasticiteit van de huid
retentie = vocht vasthouden

Verschijnselen van vochtretentie kunnen zijn:

opgeblazen gevoel
dikke voeten en vingers
opgezette oogleden
's nachts vaak plassen (omdat zv ligt kan het vocht gemakkelijker terugstromen)
kortademig

Oorzaak: nieren, levert of hart werken minder goed of bij gebruik bepaalde medicaties

Check huidturgor: 
Om de elasticiteit van de huid te controleren trek je eraan met je duim en wijsvinger. Als zv goed gehydrateerd bent springt je huid meteen terug als je het loslaat. Als het een halve seconde of langer duurt voordat je huid weer in zijn normale vorm terugtrekt kan zv uitgedroogd zijn. 

Slide 15 - Slide

Verbrandingsprocessen van koolhydraten, vetten, eiwitten levert vocht

Volwassene: ongeveer 2,5 liter/per dag
Ouderen: ongeveer 1,7 liter/per dag

Ouderen voelen niet goed dat ze dorst hebben. Zeker bij warm weer extra drinken aanbieden!

Negatief op positief?
Maak gebruik van de gegevens op de volgende bladzijde

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Vaak wordt gebruik gemaakt van een schema om een vochtbalans bij te houden.
Dit zijn de standaard aantal ml.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Opdracht mevrouw jacobs
Op its learning staat er een casus over mevrouw Jacobs.

Beantwoord de vragen en reken de vochtbalans uit.
Ben je klaar vraag je de docent of je het antwoordenblad kan krijgen.
Misschien bespreekt de docent dit klassikaal

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen bereikt?
  • ik kan vertellen wat gezonde voeding is en wat de Schijf van 5 inhoudt
  • ik weet  hoe ik de zorgvrager kan ondersteunen bij de inname van voeding en vocht, waarbij ik rekening houd met zijn/haar wensen, gewoonten, handicap of beperking
  • ik kan een vochtbalans aanleggen en bijhouden en acties ondernemen als de vochthuishouding uit balans dreigt te raken
  • ik kan 5 maatregelen benoemen om de voeding- en vochtinname te bevorderen
  • ik kan de verschillende voedingsproblemen benoemen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions