9.5 De oren

9.5 De oren
Thema 9 zintuigen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

9.5 De oren
Thema 9 zintuigen

Slide 1 - Slide

Wat weten we al?

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 9.4
  • Je kunt uitleggen hoe je ogen beschermd worden.
  • Je kunt de uitwendige delen van een oog noemen met hun functies.
  • Je kunt de inwendige delen van een oog noemen met hun functies.
  • Je kunt de werking van de ogen uitleggen.

Slide 3 - Slide

Begrippen 9.4
  • Glasachtig lichaam
  • Harde oogvlies
  • Hoornvlies
  • Iris
  • Lens
  • Netvlies
  • Oogspieren
  • Oogzenuw

  • Pupil
  • Traanbuis
  • Traanklier
  • Traanvocht
  • Vaatvlies
  • Wenkbrauwen
  • Wimpers

Slide 4 - Slide

Leerdoelen 9.5
  • Je kunt de delen van het oor noemen.
  • Je kunt uitleggen hoe het gehoor werkt.
  • Je kunt uitleggen hoe het evenwichtsorgaan werkt.

Slide 5 - Slide

Buitenkant van het oor
  • De oorschelp dient voor het opvangen van geluiden.
  • Oorschelpen zijn stevig door kraakbeen.
  • Het oorlelletje zit aan de onderzijde van een oorschelp en bevat geen kraakbeen.
  • De geluiden komen in de gehoorgang terecht.
  • Deze delen kun je aan de buitenkant van je hoofd zien.

Slide 6 - Slide

De binnenkant van het oor
Het oor bestaat aan de binnenkant uit de volgende onderdelen:
  • Trommelvlies
  • Gehoorbeentjes
  • Trommelholte
  • Slakkenhuis
  • Gehoorzenuw
  • Buis van Eustachius

Slide 7 - Slide

Werking van het oor 1/2
  • Geluiden komen via de gehoorgang bij het trommelvlies. Door het geluid gaat het trommelvlies trillen.
  • Die trilling wordt doorgegeven aan de gehoorbeentjes. De gehoorbeentjes zijn drie botjes. Het zijn de kleinste botten in je lichaam.
  • Van de gehoorbeentjes gaan de trillingen naar het slakkenhuis
  • In het slakkenhuis liggen de zintuigcellen. Deze zintuigcellen zetten de trillingen om in impulsen.
  • Deze gaan via de gehoorzenuw naar de hersenen.

Slide 8 - Slide

Werking van het oor 2/2
  • De gehoorbeentjes hangen in de trommelholte. Dat is een ruimte tussen het trommelvlies en het slakkenhuis. 
  • De trommelholte is gevuld met lucht.
  • De buis van Eustachius loopt van de trommelholte naar de keelholte, hierdoor kan de lucht in de trommelholte ververst worden.
  • Hierdoor is de luchtdruk even hoog als buiten het lichaam.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Het evenwichtsorgaan
  • Het evenwichtsorgaan zit ook achter je oorschelp. 
  • Dit orgaan bestaat uit drie ronde buisjes met vloeistof. De buisjes liggen allemaal in een andere richting.
  • Als je je hoofd beweegt, beweegt de vloeistof in de buisjes.
  • Kleine zintuigharen in de wanden van de buisjes bewegen dan mee en vormen impulsen.
  • Deze gaan naar je hersenen zodat je weet bij iedere beweging hoe de stand van je hoofd verandert en voorkom je dat je valt.

Slide 11 - Slide

Geluid
  • Geluid zijn trillingen van de lucht
  • Bij een lage toon volgend de trillingen langzaam op elkaar, bij een hoge toon juist snel op elkaar.
  • Hoe hard een geluid is, wordt bepaald door hoe groot de trilling is.
  • Een grote trilling betekent een hard geluid. Een kleine trilling betekent een zacht geluid.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Ik kan nu
  • Je kunt de delen van het oor noemen.
  • Je kunt uitleggen hoe het gehoor werkt.
  • Je kunt uitleggen hoe het evenwichtsorgaan werkt.

Slide 14 - Slide

Begrippen 9.5
  • Buis van Eustachius
  • Evenwichtsorgaan
  • Gehoorbeentjes
  • Gehoorgang
  • Gehoorzenuw
  • Oorschelp 
  • Slakkenhuis 
  • Trommelvlies 

Slide 15 - Slide

Aan het werk!
Maken opdrachten 9.5: 1, 2, 3, 4, 7, 8, 9 en 10 
Klaar?
Laten checken bij docent, bij goedkeuring nakijken.
Klaar?  Werk laten zien aan docent.
Veel fout? -> Maken test jezelf 9.5
Veel goed? -> Maken Samenhang H9

 

timer
25:00

Slide 16 - Slide