Les 1 Wetenschappelijke notatie

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Wetenschappelijke notatie

Scheikunde 3 havo-vwo

Planning

Huiswerk: -

Lesdoel: 
In deze les leer je

... werken met grote en kleine getallen.

... de wetenschappelijke notatie gebruiken.

Deze les: 

• Uitleg
• Samen oefenen
• Zelfstandig oefenen: maak 1 t/m 3
• Eerder klaar? Lees alvast door: significante cijfers.

Grote getallen

Duizend     1 000 

Miljoen       1 000 000

Miljard        1 000 000 000

Biljoen        1 000 000 000 000

Biljard         1 000 000 000 000 000

Grote getallen

Duizend     1 000 = 10^3 = 10 ⋅ 10 ⋅ 10

Miljoen       1 000 000 = 10^6

Miljard        1 000 000 000 = 10^9

Biljoen        1 000 000 000 000 = 10^12

Biljard         1 000 000 000 000 000 = 10^15

Wetenschappelijke notatie

1 000 = 1,0 ⋅ 10^3

100 000 000 = 1,0 ⋅ 10^8

200 000 000 = 2,0 ⋅ 10^8

Vuistregel: in de wetenschappelijke notatie staat er altijd één cijfer voor de komma.

Wetenschappelijke notatie

200 000 000 = 2,0 ⋅ 10^8

230 000 000 = 2,3 ⋅ 10^8

625 000 = 6,25 ⋅ 10^5

Vuistregel: in de wetenschappelijke notatie staat er altijd één cijfer voor de komma.

Oefenen met grote getallen

• a. 946 000 000 =
  
• b. 560 000 =
  
• c. 7 600 000 =
  
• d. 13 400 000 000 000 =
  
• e. 7,2 ⋅ 10^9 = 

Vuistregel: in de wetenschappelijke notatie staat er altijd één cijfer voor de komma.

Kleine getallen

Tiende                0,1

Honderdste      0,01

Duizendste       0,001

                             0,0001

                             0,00001

                             0,000001

Kleine getallen

Tiende                0,1 = 10^-1 

Honderdste      0,01 = 10^-2

Duizendste       0,001 = 10^-3

                             0,0001 = 10^-4

                             0,00001 = 10^-5

Miljoenste         0,000001 = 10^-6

Wetenschappelijke notatie

0,10 = 1,0 ⋅ 10^-1

0,0010 = 1,0 ⋅ 10^-3

0,0020 = 2,0 ⋅ 10^-3

Vuistregel: in de wetenschappelijke notatie staat er altijd één cijfer voor de komma.

Wetenschappelijke notatie

0,0020 = 2,0 ⋅ 10^-3

0,00371 = 3,71 ⋅ 10^-3

0,000024 = 2,4 ⋅ 10^-5

Vuistregel: in de wetenschappelijke notatie staat er altijd één cijfer voor de komma.

Oefenen met kleine getallen

• a. 0,000 001 2 = 
• b. 0,172 3 = 
• c. 0,025 69 =
• d. 0,000 000 000 000 000 919 = 
• e. 4,57 ⋅ 10^-5 = 

Vuistregel: in de wetenschappelijke notatie staat er altijd één cijfer voor de komma.

Ezelsbruggetje

km    hm    dam    m    dm    cm    mm

kan   hij     dan   met  die   chick  mee