§4 Bewoonbare aarde

Welkom!
1 / 12
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Welkom
  • Lesdoelen
  • Uitleg §4 Bewoonbare aarde
  • Herhalingsvragen
  • Opdrachten maken
  • Gezamelijke afsluiting

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
  • Wat het verschil is tussen weer en klimaat
  • Vier klimaten en hun kenmerken
  • Een klimaatdiagram tekenen en een klimaat herkennen aan de hand van een klimaatdiagram

Slide 3 - Slide

Weer
  • Weer is de temperatuur, de wind en de neerslag op een bepaald moment en plaats

Slide 4 - Slide

Klimaat
  • Klimaat is het weer in een bepaald gebied over een lange periode, ongeveer 30 of 40 jaar
  • Klimaat diagram

Slide 5 - Slide

Verschillende klimaten
Poolklimaat
Het is het hele jaar koud en in de zomer niet warmer dan 10°C
Er valt weinig neerslag, wat er valt is meestal sneeuw
Tropisch klimaat
Het is het hele jaar warm, het is nooit kouder dan gemiddeld 18°C
Veel neerslag, soms een deel van het jaar droog
Gematigd klimaat
Gematigd, dus tussen koud en warm in
Het hele jaar of deel van het jaar neerslag
Droog klimaat
Soms is het erg heet, soms minder warm
Geen of bijna geen neerslag

Slide 6 - Slide

Welk begrip past bij deze omschrijving?
De temperatuur, de wind en de neerslag op een bepaald moment en plaats
A
Klimaat
B
Weer
C
Neerslag
D
Temperatuur

Slide 7 - Quiz

Welk begrip past bij deze omschrijving?
Het weer in een bepaald gebied over een lange periode, ongeveer 30 of 40 jaar
A
Neerslag
B
Temperatuur
C
Weer
D
Klimaat

Slide 8 - Quiz

Sleep de onderdelen naar de juiste plek!

Slide 9 - Drag question

Sleep de juiste kenmerken naar het juiste klimaat!
Pool klimaat
Tropisch klimaat
Droog klimaat
Gematigd klimaat
Het hele jaar koud
Soms erg heet
Het hele jaar warm
Tussen warm en koud in

Slide 10 - Drag question

Opdrachten maken!
  • §4 Bewoonbare aarde maken!
  • Ben je klaar? Maak een samenvatting van de paragraaf of begin alvast met de volgende paragraaf!
  • Heb je een vraag? Steek je hand op dan kom ik bij je!

Slide 11 - Slide

Afsluiting

Slide 12 - Slide