Gespot: Dinosaurussen in Durbuy 2

• Wero
• Lager onderwijs

Gespot: Dinosaurussen in Durbuy!

Leerdoelen

• Aan het einde van de les kun je de kenmerken van Skinny, de diplodocidae, beschrijven.
• Aan het einde van de les kun je de functie van de rugplaten van de stegosaurus uitleggen.
• Aan het einde van de les kun je de leefomstandigheden van deze dinosaurussen tijdens de Opperjurasic periode beschrijven.

Wat weet je al over dinosaurussen?

Gespot: Dinosaurussen in Durbuy!

• In de les maken de leerlingen kennis met Skinny, een diplodocidae die 13 meter lang en 6,2 meter hoog was.
• Skinny had een bijna compleet bewaard gebleven skelet en een huid bedekt met kleine schubben.
• Skinny leefde 150 miljoen jaar geleden tijdens de Opperjurasic periode.
• Naast Skinny leren de leerlingen ook over de stegosaurus, een plantenetende dinosaurus met een dubbele rij rugplaten.

Kenmerken van Skinny, de diplodocidae

• Skinny was 13 meter lang en 6,2 meter hoog.
• Zijn skelet is bijna compleet bewaard gebleven.
• Hij had een huid bedekt met kleine schubben.

Functie van de rugplaten van de stegosaurus

• De rugplaten van de stegosaurus werden mogelijk gebruikt voor warmteregulering.
• Deze platen konden ook dienen om op te vallen bij het andere geslacht.

Leefomstandigheden tijdens de Opperjurasic periode

• Skinny en de stegosaurus leefden 150 miljoen jaar geleden.
• De Opperjurasic periode was een geologisch tijdperk waarin deze dinosaurussen leefden.

Definitielijst

• Diplodocidae: Een familie van plantenetende dinosaurussen, waaronder de diplodocus en Skinny.
• Rugplaten: Platen op de rug van de stegosaurus, mogelijk gebruikt voor warmteregulering of om op te vallen bij het andere geslacht.
• Opperjurasic periode: Een geologisch tijdperk 150 miljoen jaar geleden waarin dinosaurussen zoals Skinny en de stegosaurus leefden.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.