Nederland verandert

Hoofdstuk 2: Nederland verandert
1 / 20
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2: Nederland verandert

Slide 1 - Slide

Herhaling
We gaan het hoofdstuk herhalen met een quiz. 
Succes!

Slide 2 - Slide

Op welke datum werd de historische binnenstad van Rotterdam verwoest?
A
14 mei 1940
B
14 mei 1941
C
15 mei 1940
D
15 mei 1941

Slide 3 - Quiz

Wat vond er plaats na de verwoesting van de binnenstad?
A
Stedelijke opbouw
B
Stedelijke inrichting
C
Stedelijke vernieuwing
D
Stedelijke sanering

Slide 4 - Quiz

Tot welke sector behoort de commerciële dienstverlening?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 5 - Quiz

Hoe noem je het als oude gebouwen nieuwe functies krijgen?
A
Renoveren
B
Saneren
C
Herinrichting
D
Herwaardering

Slide 6 - Quiz

Leefbaarheid kun je meten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Wat was een belangrijke reden voor werkeloosheid onder havenarbeiders?
A
Te lage lonen
B
Slechte werkomstandigheden
C
Te grote woon-werk afstand
D
Automatisering

Slide 8 - Quiz

Renoveren en saneren is hetzelfde.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Wie profiteren het meeste van gentrificatie in een oude arbeiderswijk?
A
De nieuwe bewoners
B
De oude bewoners

Slide 10 - Quiz

Waardoor is mobiliteit toegenomen?
A
Meer welvaart
B
Meer vrije dagen
C
Meer snelwegen
D
Meer stoplichten

Slide 11 - Quiz

Hoe noem je iemand die iedere dag deelneemt aan het woon-werkverkeer.
A
Werknemer
B
Verkeersdeelnemer
C
Forens
D
Forel

Slide 12 - Quiz

Naar welke stad in Nederland komt het meeste woon-werkverkeer toe?
A
Amsterdam
B
Den Haag
C
Utrecht
D
Rotterdam

Slide 13 - Quiz

Van welk vervoersmiddel maken Nederlands het meeste gebruik?
A
Trein
B
Auto
C
Fiets
D
Benenwagen

Slide 14 - Quiz

Tegenwoordig hebben boeren vaker een
A
Gespecialiseerd bedrijf
B
Gemengd bedrijf

Slide 15 - Quiz

Wat is drainage?
A
Toevoer van water
B
Afvoer van water
C
Soort landbouw
D
Soort veeteelt

Slide 16 - Quiz

In welk deel van Nederland neemt de bevolking het meeste toe?
A
Regio Eindhoven
B
Regio Groningen
C
Randstad
D
Regio Maastricht

Slide 17 - Quiz

Wat voegt NIET toe aan de demografische druk
A
Hoge levensverwachting
B
Lage levensverwachting
C
Ontgroening
D
Vergrijzing

Slide 18 - Quiz

Wat is GEEN gevolg van demografische krimp?
A
Leegstaande woningen
B
Minder voorzieningen
C
Scholen moeten sluiten
D
Meer sportclubs

Slide 19 - Quiz

Wat is een maatregel om de leefbaarheid in een krimpgebied te verbeteren?
A
Sloop en nieuwbouw
B
Concentratie van voorzieningen
C
Meer voorzieningen
D
Renovatie

Slide 20 - Quiz