Grammar recap theme 7 2kga

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 2

grammar recap theme 7

2kga

Waar staan vraagwoorden altijd in de zin?

1. Achteraan de zin.
2. In het midden van de zin.
3. Vooraan in de zin.
4. Niet, vraagwoorden zijn gewoon een mood.

Welk vraagwoord kan er niet in de zin.
.... did it happen?

1. Why
2. How
3. When
4. Which

Wat is de Engelse vertaling van het vraagwoord wie?

1. Who
2. Why
3. When
4. Where

Maak van deze zin een vraagzin:
Sarah was late.

1. Was Sarah late?
2. Who was late?

Hoe vraag je of waar iemand de nieuwe film gezien heeft?

1. Why did you see that new film?
2. How did you see that new film?
3. When did you see that new film?
4. Where did you see that new film?

Wat is de Nederlandse vertaling van de zin: It was her dream to do that?

1. Het was haar droom om dat te doen.
2. Het was een nachtmerrie om dat te doen

Vertaal deze zin naar het Engels.
Het is een film over een casino in New York.

1. It is a film about a bank in New York.
2. It was a series about a bank in New York.
3. It is a film about a casino in New York
4. it was a series about a casino in New York.

Wat is de Nederlandse vertaling van questionnaire?

1. documentaire
2. vermaak
3. uitzenden
4. vragenlijst

Wat is de Engelse vertaling van Doorgaan?

1. continue
2. cancel
3. comedy
4. candidate

Welk woord past er in de volgende zin?
My favourite ... is Discovery.

1. Channel
2. desert
3. entertainment
4. broadcast

Waarom gebruik je should (not) +hele werkwoord?

1. Als jij zelf vind dat iets zou moeten.
2. Als iemand anders vind dat iet wel/niet moet

Wanneer gebruik je has of have to + het hele werkwoord?

1. Als iemand anders vind dat iets moet
2. Als jij vind dat iets zou moeten

Vul het juiste hulpwerwoord in:
You ___ check out this new online magazine.

1. have to
2. should

Welke vervoeging past er in de volgende zin?
I like Rihanna ____ she makes great music

1. And
2. Because
3. or

Welk voegwoord gebruik je bij een gevolg

1. so (that)
2. or
3. and
4. because

Welk voegwoord gebruik je bij een tegenstelling?

1. and
2. so (that)
3. or
4. But

Hoe vraag je iemand wat hun favoriete tv-show is?

1. What do you like to watch on TV?
2. Which type of films do you like best?
3. What is your favourite TV show?

Hoe geef je, je mening over een film?

1. In my opinion, the film is wonderful.
2. I think the film is wonderful.

Wat is de Engelse vertaling van Ik hou van het kijken van films en tekenfilm.

1. I love to watch YouTube video's.
2. I hate watching films en cartoons.
3. I love to watch films and cartoons.

Wat is de Nederlandse vertaling van News item?

1. krant
2. nieuwsbericht
3. kanaal
4. het journaal

Wat is de Engelse vertaling van presentator?

1. Main character
2. Presenter
3. childhood
4. struggle

Wat is de vertaling van de uitspraak:
All publicity is good publicity.

1. Slechte publiciteit bestaat niet.
2. De waarheid doet pijn.
3. Je eigen lof zingen.
4. Beoordeel een boek niet op zijn kaft.

Zijn er nog vragen over de stof voor de toets?

1. Ja, mag ik deze zo stellen?
2. Nope, ik haal gewoon een voldoende