Woordenschat H1 TH1
1 / 16
Lesson duration is: 60 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Wat betekent 'het conflict'?
A
de leider
B
het gevolg
C
de strijd
D
de werkwijze
Slide 5 - Quiz
Wat betekent 'toedienen'?
A
geven (medicijn o.i.d.)
B
bewijzen
C
versterken
D
niets doen
Slide 6 - Quiz
Wat betekent 'kommer en kwel'?
A
helemaal in orde, gezond
B
versiering, iets dat heel erg mooi is
C
hoe je het ook bekijkt
D
één en al ellende
Slide 7 - Quiz
Wat betekent 'uiteraard'?
A
kwaad
B
natuurlijk
C
huidige
D
vriendschappelijk
Slide 8 - Quiz
Wat betekent 'frequent'?
A
alleen
B
enorm
C
natuurlijk
D
vaak
Slide 9 - Quiz
Wat betekent 'op de markt brengen'?
A
te koop aanbieden
B
heel precies bestuderen
C
geven medicijn (o.i.d.)
D
versterken
Slide 10 - Quiz
Wat betekent 'de methode'?
A
de werkwijze
B
de slotsom
C
de proef
D
de strijd
Slide 11 - Quiz
Wat betekent 'passief blijven'?
A
bewijzen
B
niets doen
C
versterken
D
aantonen
Slide 12 - Quiz
Wat betekent 'pracht en praal'?
A
Helemaal in orde, gezond
B
versiering, iets dat heel erg mooi is
C
hoe je het ook bekijkt
D
één en al ellende
Slide 13 - Quiz
Wat betekent 'verontwaardigd'?
A
kwaad
B
natuurlijk
C
huidige
D
vriendschappelijk
