2024_week14_1mh_(on)bepaalde_Woordzoeker maken en herhaling GR

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Du hast 3 min für:

Je hebt 3 min om: 

• Jacke aus 
• laptop geschlossen auf dem Tisch
• Buch/Heft/Stift auf dem Tisch

Worträtsel

- Maak een woordzoeker met de Duitse 

woorden van Kapitel 5, Lektion 1, 2, 3 blz. 84-85

- Gebruik alleen hoofdletters

- Schrijf de Nederlandse vertaling 

eronder of ernaast

- Gebruik 10 tot 15 woorden

- Schrijf geen lidwoorden

- Schrijf je naam erop

Wörter abfragen

Was machen wir heute?

• Worträtsel erstellen
• An die Arbeit
• Worträtsel erledigen

Lernziel

• Aan het einde van de les kan je van 10 woorden de betekenis opnoemen, doordat je een woordzoeker hebt gemaakt.

Basisregels lidwoorden

Wanneer mannelijk?

• Mannelijke personen, dieren en beroepen
• de dagen
• de seizoenen
• de maanden
• de dagdelen

Wanneer vrouwelijk?

• vrouwelijke personen, dieren en beroepen
• woorden die eindigen op: -heit, -keit, -ung, -e

Wanneer onzijdig?

• woorden die in het Nederlands -het woorden zijn, zoals het huis (das Haus), het paard (das Pferd).
• verkleinwoorden: deze woorden eindigen op -chen en -lein. Het meisje (das Mädchen), het boekje (das Buchlein)

Onbepaald lidwoord

een of geen

• ein of eine 
• kein of keine

Bepaald lidwoord -de en -het

Bepaald lidwoord mannelijk (m)   Bepaald lidwoord vrouwelijk (v)

Bepaald lidwoord

Bepaald lidwoord onzijdig (o)

Let dus goed op bij het woord Mädchen. Dit is wel een vrouw, maar het eindigt op -chen en is dus een verkleinwoord.

An die Arbeit

Machen online:

- Test jezelf 2.1, 2.2

- Versterk jezelf---------------------------------------->>>

Hoe? de eerste 10 minuten in stilte

Klaar? woordzoeker 2.1, 2.2, 2.3

An die Arbeit

Machen: 

Je maakt de puzzel van een ander

Lernziel

• Aan het einde van de les kan je van 10 woorden de betekenis opnoemen, doordat je een woordzoeker hebt gemaakt.

die Hausaufgaben

Leren: 

Leer de woordjes van Kapitel 2, Lektion 1, 2, 3

Van NL-DU en DU-NL

Abschluss

Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af

• na mijn startsignaal: inpakken
• zitten blijven tot de bel gaat- stil


• dan: klaar :)

Vielen Dank! Auf Wiedersehen!