Op welke managementlaag worden beslissingen genomen op beleidsniveau?
A
Operationeel
B
Tactisch
C
Strategisch
1 / 17
next
Slide 1: Quiz
EconomieMBOStudiejaar 3
This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Op welke managementlaag worden beslissingen genomen op beleidsniveau?
A
Operationeel
B
Tactisch
C
Strategisch
Slide 1 - Quiz
Op welke termijn worden doelstellingen bepaald wanneer er sprake is van tactisch managementniveau?
A
Korte termijn
B
Lange termijn
C
Middellang termijn
Slide 2 - Quiz
Van welke Management by- techniek is sprake?
Als medewerkers meedenken aan het vaststellen van haalbare doelen voor zichzelf.
A
Management by autority
B
Management by walking around
C
Management by objectives
D
Management by delegation
Slide 3 - Quiz
Van welke Management by- techniek is sprake?
Als medewerker veel vrijheid krijgen en alleen grote afwijkingen moeten rapporteren aan de manager.
A
Management by walking around
B
Management by objectives
C
Management by direction and control
D
Management by exeption
Slide 4 - Quiz
Van welke management by- techniek is sprake? Als de manager de totale leiding heeft, opdrachten geeft en de medewerker stuurt in een bepaalde richting. Hij controleert intensief.
A
Management by objectives
B
Management by direction and control
C
Management by walking around
D
Management by delegation
Slide 5 - Quiz
Van welke Management by- techniek is sprake?
Als manager help je regelmatig zelf mee, je coacht en stuurt de medewerkers.
A
Management by exception
B
Management by walking around
C
Management by objectives
D
Management by delegation
Slide 6 - Quiz
Welke managementtechniek wordt vaak ingezet om medewerkers grote veranderingen te laten accepteren?
A
Management by delegation
B
Management by exception
C
Management by objectives
D
Management by seduction
Slide 7 - Quiz
Bij welke management techniek geef je de medewerkers de meeste vrijheid?
A
Management by direction of control
B
Management by exception
C
Management by objectives
Slide 8 - Quiz
Hoe heet de organisatiestructuur waarbij er speciale medewerkers zijn die leidinggevenden gevraagd en ongevraagd adviseren?
A
lijnorganisatie
B
lijn-staforganisatie
C
projectorganisatie
D
matrixorganisatie
Slide 9 - Quiz
Personeel van verschillende afdelingen, van verschillende niveaus, vormen een tijdelijke groep om een bepaald doel te bereiken. De leider is niet perse de medewerker die hoog in de hiërarchie staat. Dit betreft een.
A
Functionele organisatie
B
lijnstaforganisatie
C
Projectorganisatie
D
Matrixorganisatie
Slide 10 - Quiz
Het is belangrijk voor medewerkers om zich te houden aan afspraken en regels. Dit betreft een
A
Rolcultuur
B
Taakcultuur
C
Persoonscultuur
D
Machtscultuur
Slide 11 - Quiz
Een nieuwe medewerker krijgt uitleg van zijn leidinggevende over hoe hij zijn taak uitvoert. Wat doet de leidinggevende?
A
Coördineren
B
Delegeren
C
Begeleiden
D
Instrueren
Slide 12 - Quiz
Bij delegeren geef je
A
een instructie aan een medewerker lager in de organisatie
B
een rotklus af
C
een taak met de verantwoor-delijkheid en bevoegdheid aan iemand lager in de organisatie
D
een taak met bijbehorende eindver-antwoordelijkheid aan een medewerker hoger in de organisatie
Slide 13 - Quiz
Wat is situationeel leidinggeven?
Slide 14 - Mind map
Geeft nauwelijks leiding, ondersteunt de medewerkers minimaal.
Voert veel controle uit op medewerkers
Vraagt medewerkers om advies bij besluitvorming, maar houdt daarbij wel zijn eigen verantwoordelijkheid
Kan medewerkers goed motiveren
Directieve leider
Democratische leider
Consulterende leider
Laissez-faire-leider
Slide 15 - Drag question
Een nieuwe medewerker krijgt uitleg van zijn leidinggevende over hoe hij zijn taak uitvoert. Wat doet de leidinggevende?
A
Coördineren
B
Delegeren
C
Begeleiden
D
Instrueren
Slide 16 - Quiz
Opgave 9: Wat is het verschil tussen span of control en scope of control?