Profiel les 27-11

Profieldeel gehandicaptenzorg
Hoofdstuk 11
Mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking

1 / 28
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Profieldeel gehandicaptenzorg
Hoofdstuk 11
Mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking

Slide 1 - Slide

Planning.
  • Mensen met een ernstige verstandelijke beperking
  • Mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking
  • Specifieke syndromen komen volgende week aan bod

Slide 2 - Slide

Wie werkt er met clienten met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking?

Slide 3 - Mind map

Wat weten jullie over mensen met een ernstige verstandelijke beperking?

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Video

Mensen met een ernstige verstandelijke beperking
methode Timmers Ervaringsordening


Het is belangrijk om te weten op welke manier mensen met een verstandelijke beperking de wereld ervaren en ordenen.
Daarvoor zijn vier vragen belangrijk, namelijk: 
  1. Is hun lichaam veilig? 
  2.  Is de omgeving betrouwbaar? 
  3.  Kennen zij de onderlinge verbinding? 
  4.  Mogen zij zichzelf zijn?



Lees meer: https://www.kennispleingehandicaptensector.nl/tips-tools/tools/methode-timmers-ervaringsordening
Timmers Huigens: lichaamsgebonden ervaringsordening en associatieve ervaringsordening

 

Slide 6 - Slide

methode Timmers Ervaringsordening
  1. Lichaamsgebonden ervaringsordening (de ervaringen van een persoon worden geordend vanuit de eigen lichamelijkheid) 
  2. Associatieve ervaringsordening (de ervaringen worden geordend vanuit vaste patronen) 
  3. Structurerende ervaringsordening (de ervaringen worden geordend vanuit het beoordelen en doorzien van verbanden) 
  4. Vormgevende ervaringsordening (de ervaringen worden geordend via bestaande structuren met toevoeging van persoonlijke inzichten).

Slide 7 - Slide

oorzaken 
  • zeer veel aandoeningen en factoren die van invloed zijn op de lichaamsgroei en de ontwikkeling van de hersenen. 
  • Prenataal en postnataal 
  • ongeveer 30 tot 50 % onbekend 
  • Bij ernstige verstandelijke beperking kan het gevolg zijn van afwijkingen in het erfelijk materiaal. 
infecties tijdens de zwangerschap zoals: 
  1.  Rodehond, 
  2. Toxoplasmose  (Parasiet)
  3. HIV-infecties.
Andere mogelijke oorzaken:
Blootstelling aan giftige stoffen, alcohol, geneesmiddelen of drugs gedurende de zwangerschap.

Problemen rondom de bevalling waardoor zuurstoftekort bij de baby optreedt.
Ernstige ondervoeding bij zwangere vrouwen of hun kinderen.



Slide 8 - Slide

IQ (zeer) ernstige verstandelijke beperking
  • Het IQ bij ernstige VB ligt tussen 20 en 35 
  • (3 en 5 jaar)
  • Het IQ bij zeer ernstige VB is lager dan 20  
  • (<3 jaar)

Slide 9 - Slide

Welke zorg had jij nodig toen je tussen de 3-5 jaar was?

Slide 10 - Mind map

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Hoe zouden mensen met een ernstige verstandelijke beperking ervaren en ordenen?
A
Associatieve ervaringsordening
B
Lichaamsgebonden
C
Vormgevende ervaringsordening
D
Structurerende ervaringsordening

Slide 13 - Quiz

Mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking verouderen al bij....
A
30 jaar
B
40 jaar
C
50 jaar
D
60 jaar

Slide 14 - Quiz

Met met een ernstige verstandelijke beperking hebben meer kans op....
A
Scoliose
B
Dementie
C
Epilepsie
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 15 - Quiz

Centrale onderwerpen 
  • de relatie centraal stellen
  • sterk methodisch werken
  • ouders en betrokkenen werken aan hetzelfde doel

Slide 16 - Slide

Waarom is methodisch werken belangrijk voor cliënten met een ernstige verstandelijke beperking?
A
Stimuleert de non-verbale communicatie
B
Het biedt de mogelijkheid om de beperking te verminderen
C
Het biedt structuur en voorspelbaarheid voor de cliënt.
D
Het zorgt voor meer verwarring bij de cliënt.

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Link

Mensen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking
  • Lichamelijke en zintuiglijke gewaarwordingen. 
  • Wel ervaren, vaak geen betekenisgeving. (lichaamsgebonden ervaringsordening)
  • Verbale communicatie, woorden, vaak niet toereikend 
  • onvoldoende ontwikkeling motoriek, onvoldoende handcoördinatie
  • Niet/nauwelijks ontwikkeling van zelfredzaamheid
  • Gewetensfunctie ontbreekt, geen schaamte, remmingen
  • Verstandelijke leeftijd 0-3 jaar

Slide 19 - Slide

aanpak


  • In kaart brengen van de cliënt /persoon:(wie is deze persoon en wat heeft hij of zij nodig?)
  • Het opstellen van doelen op kort en lang termijn: (waar moet aan gewerkt worden; wat is op dit moment de belangrijkste vraag van de persoon met ZEVMB?).
  • zorg afstemmen met familie/naasten.
  • Methodisch werken: voorspelbaarheid en veiligheid

  • korte termijn doelen: binnen 3 maanden
  • lange termijn doelen: langer als 6 maanden 

Slide 20 - Slide

Wat zou jou ideale aanpak zijn op de begeleiding en zorg van ZEVB?

Slide 21 - Open question

Wat zou een ethisch dilemma kunnen zijn in jou ideale begeleiding/zorg?

Slide 22 - Open question

GAS score
Goal Attainment Scale
Met de methode wordt vastgelegd in hoeverre het doel behaald is op een van te voren gemaakte schaal. 
GAS-schalen zijn zo geformuleerd dat de mate waarin het doel behaald wordt.
een maat is voor de effectiviteit van de behandeling. Iedere cliënt heeft zijn eigen individuele doelen, alle schalen zijn verschillend.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Link

begeleiding EVB
  • Communicatie: individueel, aangepast aan cliënt, communicatiesystemen
  • Ervaringsordening: overzichtelijk dagprogramma, herhaling, regelmaat. 
  • Vermijd een star dagprogramma i.v.m. risico op starheid
  • Wonen en dagbesteding: vaak in een woonvoorziening en op een (kinder)dagcentrum. ZMLK school meestal niet mogelijk.

Slide 26 - Slide

ondersteuning
  • Communicatie: vooral interpreteren van gedrag, goed observeren
  • Individueel contact: gericht op zich prettig voelen, lichaamsverzorging en –contact. Basisveiligheid opbouwen, dezelfde begeleiders, niet teveel personen
  • Verzorging: 24-uurs begeleiding, volledige verzorging, thuis of in woonvoorziening

Slide 27 - Slide

Hoe heb je de les ervaren?

Slide 28 - Slide