les 1 + 2 onderwerp + hoofdgedachte

Lesdoelen

*Aan het einde van de les kunnen de studenten het onderwerp van een tekst aangeven.

*Aan het einde van de les kunnen de studenten de hoofdgedachte van een tekst aangeven.

Link naar een tekst

Wat is het onderwerp van de tekst?

1. Insecten eten is gezond
2. Gezonde voeding
3. Eten van insecten
4. Eiwitten in voeding

Formuleer de hoofdgedachte van de tekst

Onderwerp

*Het onderwerp is waar de tekst over gaat in één of enkele woorden.

*Het onderwerp is nooit een hele zin.

Hoe vind je het onderwerp?

*Je vindt het onderwerp door de titel, ondertitels, de inleiding en eventuele afbeeldingen te bekijken.

*Je zult zien dat het onderwerp vaak gelijk is aan de titel van de tekst, maar blijf alert, want dit is niet altijd het geval.

Hoofdgedachte

*De hoofdgedachte is het belangrijkste wat de schrijver over het onderwerp zegt.

*De hoofdgedachte is een samenvatting van de tekst in één hele zin.

Hoe vind je de hoofdgedachte?

*Lees de tekst globaal en lees de inleiding en het slot intensief om de hoofdgedachte te kunnen bepalen.

*Vaak kun je de hoofdgedachte in de inleiding of in het slot van de tekst vinden, maar soms zul je zelf de hoofdgedachte moeten formuleren.

Oefening I

*Lees tekst I en schrijf de hoofdgedachte van de tekst op.

*Stel je zelf de vraag: hoe kan ik deze tekst samenvatten in één zin?

*Over enkele minuten bespreken we jullie antwoorden.

Oefening II

*Lees tekst II en schrijf de hoofdgedachte van de tekst op.

*Stel je zelf de vraag: hoe kan ik deze tekst samenvatten in één zin?

*Over enkele minuten bespreken we jullie antwoorden.

Oefening III

*Lees tekst III en schrijf de hoofdgedachte van de tekst op.

*Stel je zelf de vraag: hoe kan ik deze tekst samenvatten in één zin?

*Over enkele minuten bespreken we jullie antwoorden.

Wat is het verschil tussen het onderwerp en de hoofdgedachte?

Conclusie

Op basis van onderwerp en hoofdgedachte kan je al een inschatting maken met welke tekstsoort je te maken hebt.