This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Aan het einde van deze les weet ik beter hoe het ook alweer zat met de hoofdgedachte en heb ik verder gewerkt aan taak 1
Hoofdgedachte 15 min
Zelfstandig aan je weektaak werken 25 min.
Afsluiter
Slide 2 - Slide
Wat weet je nog over de hoofdgedachte van een tekst?
Slide 3 - Mind map
Uitleg: hoofdgedachte
Ik snap precies hoe je de hoofdgedachte van een tekst formuleert
Werk aan taak 1
Ik weet niet exact hoe je de hoofdgedachte van een tekst formuleert
Luister naar de uitleg
Slide 4 - Slide
Het onderwerp van een tekst
Waar gaat de tekst over in één of enkele woorden?
Kijk naar de titel, inleiding + het slot
Welk woord komt het vaakst voor? Waar gaat de tekst over?
Wees zo specifiek mogelijk
TIPS
Slide 5 - Slide
De hoofdgedachte formuleren
Je vindt de hoofdgedachte door eerst te bedenken wat het onderwerp van de tekst is. Vervolgens zoek je op wat de belangrijkste boodschap van de schrijver over dat onderwerp is.
Kijk naar de titel, inleiding + het slot om de hoofdgedachte te bepalen. Soms gebruik je ook de kernzinnen
De hoofdgedachte moet je in één zin kunnen opschrijven (= mini-samenvatting)
De hoofdgedachte is nooit een vraag
TIPS
Slide 6 - Slide
Stap 1: voorspellen
Lees de tekst oriënterend, zodat je een eerste indruk van de tekst krijgt. Formuleer het onderwerp van de tekst.
Slide 7 - Slide
cynthia.nl
Slide 8 - Link
Het onderwerp van de tekst is: (waar gaat de tekst over?)
Slide 9 - Open question
Stap 2: lezen
Lees nu de tekst globaal en formuleer voor jezelf de hoofdgedachte in je schrift.
Slide 10 - Slide
Stap 3: bespreken
Bespreek de hoofdgedachte die je hebt geformuleerd met je elleboogpartner en probeer samen één goede zin te formuleren. Vul deze zin in bij de volgende slide.
Slide 11 - Slide
De hoofdgedachte van de tekst is:
Slide 12 - Open question
Ik weet hoe ik het onderwerp van een tekst kan formuleren.
Ja
Nee
Ik moet nog wat vaker oefenen.
Slide 13 - Poll
Ik weet hoe ik de hoofdgedachte van een tekst kan formuleren.
Ja
Nee
Ik moet nog wat vaker oefenen.
Slide 14 - Poll
Dinsdag 1 oktober:
- Leesvaardigheid taak 1
- Werkwoordspelling taak 3
HOE: eerste 10 minuten in stilte, daarna fluisterend overleggen
HULP: ons theoriedocument (Classroom) je elleboogpartner