6.9 + 6.10 Lastige letters: l of ll en afkortingen.

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 6.9 & 6.10
1.
Lesopening
2.
Lesdoel 
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 6.9 & 6.10
1.
Lesopening
2.
Lesdoel 
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Pak je boek van Nederlands en open deze op blz. 270

Huiswerk controle: 
6.7 en 6.8 werkblad + opdracht 3 t/m 4

Slide 2 - Slide

2. Lesdoel 
Aan het eind van deze les:
- weet je wanneer je woorden schrijft met 'l' of 'll'. 
- weet je welke verschillende soorten afkortingen er zijn
- weet je hoe je afkortingen moet opzoeken in het woordenboek. 

Slide 3 - Slide

3. Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie.
Je maakt zelfstandig les 6.9 + 6.10 opdracht 5 t/m 8 op blz. 270 t/m 272. 
Jessica, Gijs, Jochem & Jamie

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Krystian, Jaysen, Niek & Zouhir

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
n.v.t.

Slide 4 - Slide

Mini-check
Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Slide 5 - Slide

l of ll

Midde...andse Zee
A
l
B
ll

Slide 6 - Quiz

l of ll

a...arm
A
l
B
ll

Slide 7 - Quiz

Wat is de juiste afkorting van:

door middel van
A
dmv
B
d.m.v.

Slide 8 - Quiz

Wat is de juiste afkorting van:

voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs
A
vmb
B
vmbo
C
mbo
D
vmo

Slide 9 - Quiz

Wie maakt wat? 
Had je alle vragen van de mini-check goed? 
Dan ga je zelfstandig aan de slag met 
6.9 en 6.10 opdracht 5 t/m 8. 

Je mag een woordenboek gebruiken bij deze opdrachten! 

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 10 - Slide

4. Instructie

Slide 11 - Slide

l of ll? 
Woorden met een l-klank schrijf je soms met één l en soms met twee ll. Ze volgen niet altijd de spellingsregels. 

-> Je moet de spelling van deze woorden dus uit je hoofd leren. 

Tip: wanneer je het woord in stukjes zegt, hoor je soms of het met één l of twee ll moet. Bijvoorbeeld: A-larm, Mil-li-meter

Slide 12 - Slide

Afkortingen
De meeste afkortingen:
KLEINE letters en ZONDER PUNTEN


Afkortingen
vmbo

Slide 13 - Slide

Afkortingen
Manier:
Hoofdletters, zonder punten
Kleine letters, met punten
Hoofdletters, met punten
Bijvoorbeeld:
BMW, CDA, VN
a.u.b., bijv., o.a.
Z. K. H. 
Weet je een afkorting niet? Zoek hem op in het woordenboek

Slide 14 - Slide

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Krystian, Jaysen, Niek & Zouhir: Je maakt zelfstandig les 6.6 opdracht 9 t/m 10 op blz. 266 en 267. 


Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
- of had je alle vragen van de mini-check fout?  Wij maken samen opdracht 5 woord 1 t/m 3, opdracht 7 zin a t/m d.

Slide 15 - Slide

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig 6.9 en 6.10 opdracht 5 t/m 8 op blz. 270 t/m 272


Ben je klaar?
Dan kijk je het werk na en verbeter je. 
Daarna ga je in stilte lezen. 
timer
1:00

Slide 16 - Slide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?

Lesdoelen:
- kun je fout gespelde werkwoorden verbeteren?
- kun je woorden met een k-klank spellen?

 

Slide 17 - Slide

8. Huiswerk & Toetsen
Huiswerk:
Maandag 24 juni
6.9 + 6.10 opdracht 5 t/m 8. 
Toetsen:
-

Slide 18 - Slide