les 6 zintuigen

les 6 zintuigen
1 / 27
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 27 slides, with interactive quiz, text slides and 10 videos.

Items in this lesson

les 6 zintuigen

Slide 1 - Slide

Waarnemen
Met behulp van je zintuigen informatie verzamelen.

Slide 2 - Slide

0

Slide 3 - Video

0

Slide 4 - Video

Wat nemen we waar?
We nemen prikkels waar.

Externe prikkels: Veranderingen in je omgeving (buiten je lichaam)

Interne prikkels: Veranderingen in je lichaam

Slide 5 - Slide

Drempelwaarde
Waarom merk je sommige veranderingen niet?

Drempelwaarde: De minimale hoeveelheid die je nodig hebt van een prikkel, om het een impuls te laten worden.

Slide 6 - Slide

Wat is een impuls?
Je hersenen moeten de informatie van buiten (of binnen) het lichaam wel begrijpen.  Daarom zetten je zintuigen de informatie om in een elektrisch signaal: 

Een impuls

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Hoeveel zintuigen heeft een mens en welke zijn dat?

Slide 11 - Slide

Zintuigen
Met de zintuigen neem je de omgeving waar
  • Ogen - gezicht - zien
  • Oren - gehoor - horen
  • Huid - tast - voelen
  • Tong - smaak - proeven
  • Neus - reuk - ruiken.

Slide 12 - Slide

Exteroreceptoren
Zintuigcellen die de wereld om je heen waarnemen.

Slide 13 - Slide

Gehoor
  • Geluid – trillingen
  • Buiten oor: oorschelp, uitwendige gehoorgang, trommelvlies
  • Midden oor: hamer, aambeeld, stijgbeugel.
    Via buis van Eustachius verbonden met keelholte
  • Binnenoor: vliezig labyrint, slakkenhuis.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

1

Slide 16 - Video

00:44
Hoe lopen de trillingen vanuit de gehoorgang verder door het oor?
A
Gehoorbeentjes- trommelvlies-slakkenhuis
B
Trommelvlies-slakkenhuis-gehoorbeentjes
C
Trommelvlies- gehoorbeentjes-slakkenhuis
D
Slakkenhuis-gehoorbeentjes -trommelvlies

Slide 17 - Quiz

Het evenwichtsorgaan in je binnenoor helpt bij het bewaren van je evenwicht. 

Stel je voor dat je binnenin je oor een klein kamertje hebt met gevoelige haren en vloeistof. 

Wanneer je beweegt, beweegt deze vloeistof ook. 

De haren voelen deze beweging en sturen signalen naar je hersenen over hoe je lichaam zich beweegt. Dit helpt je hersenen te begrijpen of je staat, loopt, valt, of draait. 

Dankzij deze informatie kunnen je hersenen snel reageren en je helpen in balans te blijven, zodat je niet omvalt. 

Het is een heel slim systeem dat automatisch werkt om je te helpen recht te blijven staan en je weg te vinden!

Slide 18 - Slide

Neus - reukzintuig
  • Zintuigcellen: reukzin
  • Werkt bij inademen via de neus
  • Heeft invloed op de smaak
  • Zo'n 10.000 geuren onderscheiden
  • Geur wordt opgeslagen in passief geheugen.

Slide 19 - Slide

Tong - smaakzintuig
  • Alleen opgeloste stoffen (speeksel)
    zijn waar te nemen
  • Fundamentele smaken: zoet, zuur,
    zout, bitter, unami (hartig).

Slide 20 - Slide

De huid - voelen
  • Pijn – pijnsensoren, vrije zenuwuiteinden
  • Temperatuur – thermosensoren, kou en warmte
  • Druk – druksensoren, aanraking, beweging,
    vibratie en druk
  • Tastzin – tastlichaampjes.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Receptoren netvlies
  • Staafjes: beweging en zwart/wit vormen
  • Kegeltjes: kleuren en details.

Slide 24 - Slide

De lens
Accommoderen:
aanpassen van de vorm
en dikte van de ooglens.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

VRAGEN?
Huiswerk: 

Slide 27 - Slide