1. Als je de voorletter of de voornaam weet van een persoon, dan moeten de tussenvoegsels van een achternaam niet met een hoofdletter: Nynke van der Veen
2. Weet je voorletter of voornaam niet, dan schrijf je het eerste tussenvoegsel met een hoofdletter: Meneer De Vries.
3. Windstreken krijgen geen hoofdletter.
4. Samenstellingen van religieuze feesten krijgen geen hoofdletter.
5. Religies, stromingen en afleidingen daarvan krijgen geen hoofdletter
6. Namen van maanden, seizoenen, maanden krijgen geen hoofdletter.