What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
3V werkwoordspelling
Welkom!
Werkwoordspelling 5.9 Talent Max
1 / 39
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
39 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom!
Werkwoordspelling 5.9 Talent Max
Slide 1 - Slide
Lesdoel
Je kent de spelling van:
de persoonsvorm tegenwoordige tijd en verleden tijd;
Engelse werkwoorden;
het voltooid deelwoord;
tegenwoordig deelwoord;
het voltooid en tegenwoordig deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
de gebiedende wijs.
Slide 2 - Slide
Wat zijn de vormen van de persoonsvorm tegenwoordige tijd?
A
ik-vorm + de/te of ik-vorm + den/ten
B
ik-vorm, ik-vorm+ t of het hele werkwoord
C
het hele werkwoord + d
D
alleen de ik-vorm
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Slide
Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
(Worden) ... toch eens volwassen!
A
Word
B
Wordt
Slide 5 - Quiz
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
A
hij bediend
B
hij bedient
Slide 6 - Quiz
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
A
hij onthoud
B
hij onthoudt
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Slide
Noteer 3 sterke werkwoorden in de verleden tijd
Slide 9 - Open question
Slide 10 - Slide
Persoonsvorm verleden tijd
A
Gisteren begeleiden zij de vrouw naar huis.
B
Gisteren begeleidden zij de vrouw naar huis.
Slide 11 - Quiz
Wat is de juiste persoonsvorm verleden tijd (mv)?
Zij ______________ (rusten) uit.
A
rusten
B
rustten
Slide 12 - Quiz
In welke zin is de persoonsvorm verleden tijd juist geschreven?
A
De coach wachte tot de 88e minuut om een extra spits in te brengen.
B
Kaylee printte de e-tickets in kleur voor de cabaretvoorstelling van vanavond.
C
Vorig jaar mislukte de oogsten wegens de aanhoudende droogte.
Slide 13 - Quiz
Welke persoonsvorm verleden tijd (pvvt) is juist geschreven?
A
Ik lande verkeerd bij het springen en nu doet m'n voet pijn
B
De smit smeede een prachtig zwaard voor de koning
C
Mieke berichtte Jonah gisteren dat het feestje niet doorging
D
Wij beweerdden helemaal niet dat je niet kan zingen!
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Engelse werkwoorden
Zij (lunchen-vt)
A
lunchte
B
lunchde
C
lunchtte
D
lunchdde
Slide 17 - Quiz
(Engelse werkwoorden)
Hij (timen - vt)
A
timde
B
timdde
C
timete
D
timede
Slide 18 - Quiz
Wat is de persoonsvorm verleden tijd van 'deleten'?
A
ik deletete
B
ik delet
C
ik delete
D
ik deletetete
Slide 19 - Quiz
(Engelse werkwoorden)
Hij (racen-vt)
A
racte
B
racette
C
racde
D
racete
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Slide
Engelse werkwoorden
Hoe schrijf je het volgende werkwoord als voltooid deelwoord: squashen
A
Gesquast
B
Gesquasht
C
Gesquashd
D
Gesquashed
Slide 22 - Quiz
Voltooid deelwoord
Zij heeft het aan mij .....
A
beloofd
B
belooft
C
beloven
Slide 23 - Quiz
Voltooid deelwoord
Het is nogal vaak .... dat hij te laat kwam.
A
gebeurt
B
gebeurd
Slide 24 - Quiz
Slide 25 - Slide
Hoe vorm je het tegenwoordig deelwoord?
A
persoonsvorm + d
B
infinitief + d
C
voltooid deelwoord + d
D
werkwoordelijk gezegde + d
Slide 26 - Quiz
Wat is het tegenwoordig deelwoord van 'gamen'?
A
gegamed
B
gamet
C
gamend
D
gamen
Slide 27 - Quiz
Wat is het tegenwoordig deelwoord van 'slapen'?
A
geslapen
B
slaapt
C
slapen
D
slapend
Slide 28 - Quiz
Wat is het tegenwoordig deelwoord van 'daten'?
A
gedatet
B
datende
C
gedatend
D
datend
Slide 29 - Quiz
Slide 30 - Slide
Gebiedende wijs
.... (worden) wakker!
A
word
B
wordt
Slide 31 - Quiz
Gebiedende wijs:
... daarmee op!
A
Houdt
B
Houd
Slide 32 - Quiz
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
In welke zin is er sprake van een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord?
A
Het winkelcentrum is verbouwd.
B
Het huisje is verwoest.
C
Het vernieuwde idee
D
Het mengsel is gebrouwd.
Slide 35 - Quiz
Hoe schrijf je een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt?
De ...... dictator
A
gehaate
B
gehaatte
C
gehate
D
gehatte
Slide 36 - Quiz
De (besteden, voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord) tijd
A
besteedde
B
besteede
C
bestede
Slide 37 - Quiz
De (vergroten, voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord) foto ...
A
vergrote
B
vergroote
C
vergrootte
Slide 38 - Quiz
Aan de slag!
Maak de puzzel!
Klaar? Lezen in je leesboek of kies een leesboek uit op lezenvoordelijst.nl
Slide 39 - Slide
More lessons like this
Herhaling spelling blok 1
October 2024
- Lesson with
38 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
wwspelling tt, vt vdw, gebiedende wijs en bijvoeglijk gebruik dw en ovdw
1 day ago
- Lesson with
49 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
ww-spelling TOT NU TOE: PV TT / PV VT / VD / VD BN / OD
November 2023
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3
Laatste les: herhaling werkwoordspelling
September 2024
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3
Opfriscursus werkwoordspelling
11 days ago
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3
EXTRA LESJE ww-spelling PV TT / PV VT / VD / VD BN / OD
November 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,3
Werkwoordspelling: interactieve uitleg
September 2022
- Lesson with
46 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
2V 5.9 Engelse werkwoorden MP
16 days ago
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2