1 Schrijven H1 eerste versie zakelijke e-mail

WELKOM 1B :)
Planning van deze les:

  • Schrijfopdracht H1 (Zakelijke e-mail)



    1 / 18
    next
    Slide 1: Slide
    NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

    This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

    Items in this lesson

    WELKOM 1B :)
    Planning van deze les:

    • Schrijfopdracht H1 (Zakelijke e-mail)



      Slide 1 - Slide

      Vorige les over schrijven 1.4:
      1. zakelijke e-mail
      2. formeel en informeel taalgebruik

      Vandaag: schrijfopdracht (cijfer 10x)

      Slide 2 - Slide

      Aanhef

      • Beste heer/mevrouw,
      • Beste meneer Van Dalen,

      Afsluiting

      • Met vriendelijke groet,
      ,
      ,

      Slide 3 - Slide

      Een goede tekst bestaat meestal uit drie onderdelen:
      1. Inleiding
      2. Kern / middenstuk
      3. Slot  

      Slide 4 - Slide

      INLEIDING

      - vertelt op een interessante en boeiende manier wat het onderwerp van een tekst is.

      Slide 5 - Slide

      MIDDENSTUK (KERN)

      - bestaat vaak uit meerdere alinea's
      - vertelt in elke alinea iets over een deelonderwerp.

      Slide 6 - Slide

      SLOT

      - dit is de afronding van de tekst
      - hierin staat de conclusie, de hoofdgedachte of een samenvatting met de belangrijkste zaken op een rij.

      Slide 7 - Slide

      Opdracht lezen 'De huiswerkdokter'

      Slide 8 - Slide

      Wat staat er in elk geval in de inleiding van een zakelijke brief?
      A
      Wie je bent
      B
      Geachte meneer
      C
      Waarom je schrijft
      D
      Antwoord a en b

      Slide 9 - Quiz

      Wat schrijf je in de kern van een zakelijke e-mail?
      A
      Je legt uit wat je wilt.
      B
      Je legt uit hoe je dit wilt gaan doen.
      C
      Je legt uit wat je van de ontvanger wilt.
      D
      A, B en C

      Slide 10 - Quiz

      Wat schrijf je in het slot?
      A
      Groetjes
      B
      Hoogachtend
      C
      Je vat nog even samen wat je wilt
      D
      Je vraagt aan de lezer of hij of zij wil reageren

      Slide 11 - Quiz

                         Individueel werken 
      Wat



      Hoe
      Individueel, in stilte  
      Hulp
      Eerst 5 minuten zonder vragen, daarna loop ik rond om vragen te beantwoorden
      Tijd
      Tot het einde van de les 
      Uitkomst




      Klaar
      Lezen
      vandaag
      donderdag
      eerste versie inleveren
      verbeteren en definitieve versie maken
      maak de schrijfopdracht
      controleer hem
      verbeter hem
      lever hem in
      via som
      beoordelingsformulier

      Slide 12 - Slide

      Individueel werken
      Wat: Maak de schrijfopdracht. Lees hem nog eens kritisch door. Je kijkt daarna je brief na met het beoordelingsformulier en herschrijft hem. Klaar? Lever hem in bij de inleveropdracht in som.
      Hoe: Individueel, in stilte. Na 10 min. mag je fluisteren. 
      Hulp: Eerst vijf minuten zonder hulp, daarna mag je je vinger opsteken en dan kom ik langs.
      Tijd: Tot het einde van de les.
      Klaar: Lever je brief en het beoordelingsformulier vandaag in op Som (Nederlands > zakelijke e-mail) . Gedaan? Lees een tijdschrift/stripboek.
      stopwatch
      00:00000

      Slide 13 - Slide

      Slide 14 - Slide

      10 min pauze
      Zorg dat je na de pauze je papieren lesboek klaar hebt liggen.
      timer
      1:00

      Slide 15 - Slide

      Les 2: Fictie H2 blz. 97
      • Flaptekst
      • Lezen tekst 1
      • Opdracht 6

      Slide 16 - Slide

      Les 2: Fictie H2 blz. 98
      • Lezen fragment uit Airtime

      Slide 17 - Slide

      Personages (Fictie 2.1)
      Hoofdpersonen

      Over de hoofdpersoon kom je veel te weten:
      • Wat hij/zij denkt en voelt.
      • Wat zijn/haar karaktereigenschappen zijn.
      • Hoe hij/zij eruit ziet.
      • Waar, hoe en met wie hij/zij woont.

      Je leer de hoofdpersonen goed kennen en kan je goed in hen inleven.

      Bijpersonen

      Over bijpersonen krijg je veel minder informatie. Meestal krijg je van hen geen gedachten en gevoelens te lezen.




      Huiswerk voor dinsdag:
      Maak opdr. 7, 8, 9 in je boek (op papier). 
      (Niet praten, wel fluisteren.
      Alleen muziek luisteren als je niet wilt praten)

      Slide 18 - Slide