Komma (herh. hoofdletter, punten, uitroeptekens en vraagtekens)

• Nederlands
• Basisschool
• Groep 7,8

Leestekens

DOEL

- je herhaald het gebruik van hoofdletters, punten, uitroeptekens en vraagtekens

- je kunt komma's gebruiken als pauze in de zin of bij opsommigen

LEESTEKENS GOED GEBRUIKEN

Even een korte herhaling

Wanneer gebruik ik ook al weer:

- Hoofdletters

- Punten 

- Vraagtekens 

- Uitroeptekens

Welke zin is goed?

1. Hou op.
2. Hou op!
3. hou op
4. Hou op?

Welke zin is goed?

1. wat ga jij vanmiddag doen
2. Wat ga jij vanmiddag doen!
3. Wat ga jij vanmiddag doen?
4. Wat ga jij vanmiddag doen.

Welke zin in goed?

1. Ik ga straks buiten spelen.
2. Ik ga straks buiten spelen?
3. ik ga straks buiten spelen
4. Ik ga straks buiten spelen!

Verschillen in betekenis

- Katten, spinnen, ijsberen, vissen, gieren, vliegen en honden slapen.

- Katten spinnen, ijsberen vissen, gieren vliegen en honden slapen.

Waardoor komt het verschil in betekenis?

Komma

Naast punten, vraagtekens en uitroeptekens is er nog een veelgebruikt leesteken: 

de komma

Komma

Een komma laat zien hoe je de zin uitspreekt en waar je een korte pauze invoegt:

    Klaas gaat naar, huis Jan niet.

    Klaas gaat naar huis, Jan niet.

Waar komt de komma?

Als je klaar bent mag je naar huis.

Als je een zin leest en je houdt even kort pauze dan plaats je een komma.

Welke zin klopt?

1. Deze zin klopt, helemaal
2. deze zin klopt helemaal
3. Deze zin klopt helemaal.
4. Deze Zin klopt helemaal.

Welke zin klopt?

1. Tsja dat is vervelend
2. Tsja, dat is, vervelend.
3. Tsja, dat is vervelend.
4. tsja, dat is vervelend

Komma

Komma's gebruik je ook: 

In opsommingen: ‘Ik vind pizza, patat, sushi en hamburgers allemaal erg lekker.’

Waar horen de komma's?

Ik vind veel dingen lekker: pizza patat taart en sushi.

Bij een opsomming, waar?

Mijn vader houdt heel erg van koken auto rijden voetbal kijken en bankhangen.

Welke zin klopt helemaal?

1. bijvoorbeeld patat een hamburger en een milkshake.
2. bijvoorbeeld patat een hamburger en een milkshake
3. Bijvoorbeeld, patat een hamburger en een milkshake.
4. Bijvoorbeeld patat, een hamburger en een milkshake.

Welke zin klopt?

1. Wij eten vanavond biefstuk, aardappels en sla.
2. Wij eten vanavond, biefstuk, aardappels en sla.
3. wij eten vanavond biefstuk aardappels en sla
4. Wij eten vanavond biefstuk aardappels en sla.

Schrijf over. Zet leestekens waar dat moet.

Als het pijn doet geef je maar een gil

Schrijf over. Zet leestekens waar dat moet.

Hij verzamelt kabouters smurfen kikkers en paddenstoelen

Als je geen zin hebt om mee te gaan moet je het natuurlijk eerlijk zeggen

Schrijf de zin met leestekens.

GELEERD

- je kunt hoofdletters, punten, uitroeptekens en vraagtekens gebruiken

- je kunt komma's gebruiken

LEESTEKENS GOED GEBRUIKEN

Wat vond je van de les?

1. 
2. 
3. 
4.