- Moet ik luisteren naar mijn ouders? Ja, dat moet.
- Moet jij stoppen wanneer het licht rood is? Ja, dat moet.
- Moet je naar de receptie wanneer je te laat bent op school? Ja, dat moet.
- Moeten we stil zijn in de bibliotheek? Ja, dat moeten jullie.
Moeten = iets dat verplicht is, that you are obligated to do.