Leesvaardigheidstoets

Lezen: toetsweek!
1 / 22
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lezen: toetsweek!

Slide 1 - Slide

1 - Erst Hilfe gegen Stress
Je gaat een korte tekst lezen. Daarbij horen de volgende 4 beweringen. Zijn deze juist of onjuist? Tip: Let op de woorden minder - geen - meer.

  1. Als je vaker kleinere hoeveelheden eet, heb je minder last van stress.
  2. Als je genoeg kruidenthee drinkt, heb je geen last van stress. 
  3. Als je lichamelijke activiteit laag is, heb je meer kans op stress.
  4. Als je veel aandacht aan je uiterlijk besteedt, heb je minder last van stress. 

Slide 2 - Slide

1 - Erste Hilfe
Uitleg tekst
Bij grote stress kunnen mensen woedend (wütend) worden of gaan huilen (weinen). Daar is energie voor nodig. De volgende tips worden gegeven:  
  1. meerdere kleine maaltijden stellen gerust (beruhigen)
  2. genoeg water en kruidenthee (Kräutertee) drinken
  3. genoeg slaap (6-7 Stunden)
  4. voldoende beweging (Bewegung)
  5. goed humeur (gute Laune)
  6. korte time-outs (Auszeit)

Slide 3 - Slide

Als je vaker kleinere hoeveelheden eet, heb je minder last van stress.
Tekst
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Als je genoeg kruidenthee drinkt, heb je geen last van stress.
Tekst
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quiz

Als je lichamelijke activiteit laag is, heb je meer kans op stress.
Tekst
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quiz

Als je veel aandacht aan je uiterlijk besteedt, heb je minder last van stress.
Tekst
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quiz

2 - Bilderrahmen
Je gaat de tweede korte tekst lezen. Daarbij hoort een open vraag, namelijk: 

Wat maakt deze digitale fotolijst zo uniek?

Deze vraag moet je in het Nederlands beantwoorden. 
Tip: ga op zoek naar signaalwoorden. In deze tekst kun je daar het antwoord vinden. 

Slide 8 - Slide

2 - Bilderrahmen
Uitleg tekst
De tekst gaat over een digitaal fotolijstje (Bilderrahmen). De vraag die hierbij hoort, is wat het fotolijstje zo uniek (uniek = een / speciaal) maakt. 
In de tekst staat "Es ist das erste Gerät (apparaat), dass Bilder nicht nur anzeigen, sondern auch von Papier einlesen kann."  
Nicht nur .... sondern auch = signaalwoord = niet alleen ... maar ook ... -> Bij het signaalwoord staat in deze tekst het antwoord

Slide 9 - Slide

Wat maakt deze fotolijst uniek? Beantwoord de vraag in het Nederlands.
Tekst

Slide 10 - Open question

3 - Grand Challenge
Je gaat de laatste korte tekst lezen. Daarbij horen 4 vragen. De eerste vraag is een meerkeuzevraag. 

Was ist das Besondere an der "Grand Challenge"?

a. Das Rennen wird sowohl vom Staat als von der Auto-Industrie gesponsert.
b. Der Wettbewerb dauert viel länger als andere Autorennen.
c. Die Strecke ist während des Rennens live im Internet zu sehen. 
d. Die Wagen sind selbständig ohne Fahrer unterwegs.  

Slide 11 - Slide

3 - Grand Challenge
Uitleg tekst
In alinea 1 wordt uitgelegd wat de 'Grand Challenge' is: een bekende autowedstrijd in Amerika. Auto's moeten in 10 uur een afstand van 280 kilometer overbruggen. Dit moeten ze führerlos (zonder bestuurder doen).
Het is een moeilijke uitdaging (Herausforderung).
Ook wordt verteld wie de wedstrijd bedacht (erfunden) heeft en waarom (um) deze wedstrijd georganiseerd is.

Slide 12 - Slide

Was ist das Besondere an der „Grand Challenge“? (Absatz 1)
Tekst
A
Das Rennen wird sowohl vom Staat als von der Auto-Industrie gesponsert.
B
Der Wettbewerb dauert viel länger als andere Autorennen.
C
Die Strecke ist während des Rennens live im Internet zu sehen.
D
Die Wagen sind selbständig ohne Fahrer unterwegs.

Slide 13 - Quiz

3 - Grand Challenge
De tweede vraag bij deze tekst is een open vraag. Je moet in het Duits antwoorden!

Met welk doel wordt de "Grand Challenge" georganiseerd? Schrijf de eerste twee woorden op van de zin waaruit dit doel blijkt.

Tip!
Kijk goed waar de zin begint! Een zin begint altijd met een hoofdletter en eindigt met een punt.

Slide 14 - Slide

3 - Grand Challenge
Uitleg tekst
In alinea 1 wordt uitgelegd wat de 'Grand Challenge' is: een bekende autowedstrijd in Amerika. Auto's moeten in 10 uur een afstand van 280 kilometer overbruggen. Dit moeten ze führerlos (zonder bestuurder doen).
Het is een moeilijke uitdaging (Herausforderung).
Ook wordt verteld wie de wedstrijd bedacht (erfunden) heeft en waarom (um) deze wedstrijd georganiseerd is.

Slide 15 - Slide

Met welk doel wordt de “Grand Challenge” georganiseerd? (alinea 1) Schrijf de eerste twee woorden op van de zin waaruit dat doel blijkt.
Tekst

Slide 16 - Open question

3 - Grand Challenge
De derde vraag bij deze tekst is een meerkeuzevraag. Er wordt gevraagd hoe alinea (Absatz) 2 aansluit bij alinea (Absatz) 1. 
Wie schließt der 2. Absatz an den 1. Absatz an? Der 2. Absatz ...

  1. behandelt die Vor- und Nachteile des im 1. Absatzes genannten Rennens.
  2. gibt nähere allgemeine Informationen zum im 1. Absatz genannten Rennens.
  3. listet die Teilnahmebedingungen des im 1. Absatz genannten Rennens auf.

Tip!
Onderstreep kernwoorden in de antwoordmogelijkheden. Kijk wat het beste bij de inhoud van de alinea past. 

Slide 17 - Slide

3 - Grand Challenge
Wie schließt der 
2. Absatz an 
den 1. Absatz an?

Hoe sluit de 2 alinea bij
de 1e alinea aan?
Uitleg tekst
De laatste zin van alinea 1 gaat over de prijs voor de winnaar. De eerste zin van alinea 2 gaat over de plaats waar de wedstrijd jaarlijks plaatsvindt (findet ... statt = stattfinden).

Slide 18 - Slide

Wie schließt der 2. Absatz an den 1. Absatz an? Der 2. Absatz ...
Tekst
A
behandelt die Vor- und Nachteile des im 1. Absatz genannten Rennens.
B
gibt nähere allgemeine Informationen zum im 1. Absatz genannten Rennen.
C
listet die Teilnahmebedingungen des im 1. Absatz genannten Rennens auf.

Slide 19 - Quiz

3 - Grand Challenge
De vierde vraag bij deze tekst is een meerkeuzevraag. Gevraagd wordt naar de inhoud van alinea 2. 

Was geht aus dem 2. Absatz hervor?

  1. An der "Grand Challenge" nehmen nur Wissenschaftler teil.
  2. Der Bau eines "Grand Challenge"-Autos kostet meistens viel Zeit
  3. Die "Grand Challende" hat viele Spielregeln
  4. Die Strecke der "Grand Challenge" ist jedes Mal die gleiche.

Tip!
Onderstreep kernwoorden in de antwoordmogelijkheden. Kijk wat het beste bij de inhoud van de alinea past. 

Slide 20 - Slide

3 - Grand Challenge
Uitleg tekst
Alinea 2 vertelt hoe de wedstrijd eruit ziet en dat er hindernissen zijn. Deelnemers knutselen (basteln) vaak jaren aan hun auto. Ze krijgen ondersteuning van bekende bedrijven (Unternehmen).

Slide 21 - Slide

Was geht aus dem 2. Absatz hervor?
Tekst
A
An der „Grand Challenge“ nehmen nur Wissenschaftler teil.
B
Der Bau eines „Grand Challenge“-Autos kostet meistens viel Zeit.
C
Die „Grand Challenge“ hat viele Spielregeln.
D
Die Strecke der „Grand Challenge“ ist jedes Mal die gleiche.

Slide 22 - Quiz