Blok 1 - thematoets

• Taal
• Basisschool
• Groep 5

deel 1A

ik oefen met het bijvoeglijk naamwoord.

Schrijf het bijvoeglijk naamwoord op!

Ik heb een geweldige moeder.

Een bijvoeglijk naamwoord vertelt iets over....

1. een werkwoord
2. een lidwoord
3. een voorzetsel
4. een zelfstandig naamwoord

Schrijf het bijvoeglijk naamwoord op!

Zij maakt altijd heerlijke taartjes.

deel 1A

ik oefen met het bijvoeglijk naamwoord.

Schrijf het voorzetsel op!

Ik woon in Hilversum.

Schrijf het voorzetsel op!

Mijn vriendin woont naast mij.

Welk woord past in de zin?

Ik loop de straat ....

Ik ga .......... het voetbalveld.

Ik pak een boek ... de plank.

Ik betaal .... de kassa

aan

naar

in

van

deel

1b

maken.

In welke zin wordt het woord goed gebruikt?

1. In een portiek kun je schuilen.
2. In een portiek wordt je nat.
3. Mijn verjaardag vier ik in het portiek,

Wat betekent het woord

terechtkomen

1. iets toevoegen
2. iets ontdekken
3. ergens toevallig aankomen

Welk woord hoort er niet bij? Sleep dat woord naar de prullenbak.

het raamkozijn

de voorgevel

de betekenis

deel 1C

ik oefen met het bijvoeglijk naamwoord.

Welk woorden kun je eraan vast schrijven. Sleep deze drie woorden er naar toe.

bruids......

paar

klas

duo

taart

meisje

getuige