4.4 Wie doet wat? havo 3

4.4 Wie doet wat? 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

4.4 Wie doet wat? 

Slide 1 - Slide

Programma 
  • Leerdoelen
  • 4.4 Wie doet wat? 
  • Opdrachten paragraaf 4.4 
  • Quiz over paragraaf 4.4 
  • Lesafsluiting 
  • Huiswerk

Slide 2 - Slide

Leerdoelen


• Je kunt uitleggen waarom binnen een bedrijf de taken verdeeld zijn.
• Je kunt met behulp van een organogram de structuur van een bedrijf uitleggen.
• Je kunt voorbeelden geven van staf- en lijnfuncties.
• Je kunt uitleggen op wat voor manier de functies bij een bedrijf zijn ingedeeld.

Slide 3 - Slide

4.4 Wie heeft de leiding? 
In een organisatie hebben verschillende 
mensen verschillende taken.
We onderscheiden:
- Leidinggevende functies
- Uitvoerende functies

Iedereen heeft slechts één leidinggevende en het is dan ook duidelijk wie de leiding geeft aan wie = eenheid van bevel 



Slide 4 - Slide

Tim werkt bij een autogarage. Hij verkoopt auto's aan klanten.
A
Leidinggevende functie
B
Uitvoerende functie

Slide 5 - Quiz

Organogram: Organisatieschema dat laat zien hoe de taken en verantwoordelijkheden in een organisatie verdeeld zijn.

Slide 6 - Slide

Staf- en lijnfuncties 
Je kunt een bedrijf ook indelen naar:
Staffunctie: Ondersteunende functie in een organisatie. bijvoorbeeld personeelszaken, administratie of marketing. 
Lijnfunctie: Een functie die bijdraagt aan de kerndoelen van de organisatie, zoals verkoopt en productie. 

Slide 7 - Slide

De staffuncties zijn in het organogram naast de hoofdlijn getekend. We noemen dit ook wel een lijn-staforganisatie 

Slide 8 - Slide

Een Lijnfunctie vindt je in een organogram van boven naar beneden. We noemen dit een lijnorganisatie. 

Slide 9 - Slide

Een medewerker personeelszaken binnen een school heeft een staffunctie.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Op welke manier kan je een organisatie nog meer indelen? 
Je kunt de lijnfuncties onder de directie organiseren op verschillende manieren:
  • Functionele- of F-indeling: op basis van functies zoals inkoop, verkoop. 
  • Product- of p-indeling: op basis van producten bijv. televisie, telefoons.
  • Markt- of M-indeling: op basis van markten en doelgroepen.
  • Geografische of G-indeling: op basis van geografische criteria bijv. Nederland, Europa. 

Slide 11 - Slide

F- indeling

Slide 12 - Slide

P-, M-, G-indeling

Slide 13 - Slide

Welke indeling zie je
hiernaast?
A
F-indeling
B
G-indeling
C
P-indeling
D
M-indeling

Slide 14 - Quiz

Aan de slag 
Maken opdracht 39 - 45

Klaar? maken opdracht 46 - 48

Slide 15 - Slide

Quiz paragraaf 4.4 

Slide 16 - Slide

vul het juiste antwoord in:

Een docent heeft een ...
A
Uitvoerende functie
B
Leidinggevende functie

Slide 17 - Quiz

Hoe noemen we een organisatieschema waarin je kan zie wie de leiding heeft en welke functie heeft?

Slide 18 - Open question

Maak de zin af:
In het rode blok
zien we...
A
De lijnfuncties
B
De staffuncties

Slide 19 - Quiz

Welke indeling zie je?
A
F-indeling
B
G-indeling
C
P-indeling
D
M-indeling

Slide 20 - Quiz

Check leerdoel 
• Je kunt uitleggen waarom binnen een bedrijf de taken verdeeld zijn.
• Je kunt met behulp van een organogram de structuur van een bedrijf uitleggen.
• Je kunt voorbeelden geven van staf- en lijnfuncties.
• Je kunt uitleggen op wat voor manier de functies bij een bedrijf zijn ingedeeld.

Slide 21 - Slide

Huiswerk 
Maken t/m opdracht 48 van paragraaf 4.4 

Slide 22 - Slide