Je inleven in een ander

Je inleven in een ander
1 / 12
next
Slide 1: Slide
BurgerschapVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Je inleven in een ander

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we leren?
  • Je leert de betekenis van het woord empathie 
  • Je leert dat je je empathie kan vergroten door er over te leren en er oefeningen mee te doen
  • Je ervaart het verschil dat empathie kan maken in een spel
  • Je denkt na over vragen die je helpen in te leven in een ander

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hartslag-oefening
timer
1:00

Slide 3 - Slide

Leerlingen gaan bij elkaar de hartslag meten
Tussen 50-60? 60-70? 70-80? Hoger dan 80? 
Gemiddeld rond de 70 slagen per minuut.
Wat kan je hartslag over jou zeggen?
Wat heeft invloed op je hartslag?
Ervaren van weinig inlevingsvermogen kan je naar doen voel en dus je hartslag omhoog doen gaan.

Wat betekent volgens jullie empathie?

Overleg in tweetallen en schrijf op.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

                         Fragment kijken
Kijkopdracht:
Probeer je eens in te leven in Janneke.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Link

This item has no instructions

Inleven in een ander
  1. Was het makkelijk om je in te leven in deze situatie?

  2. Wat maakte het makkelijk?

  3. Wat maakte dat het nog lastig
    was?
  4. Andere voorbeelden:

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

De empathische klas
Spel:
2 leerlingen die rol gaan voorbereiden op de gang

Rest blijft in de klas (bespreken volgende dia's)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Welk gedrag past bij een empathische klas?
  1. Stelt vragen, omdat ze het willen weten
  2. Laat merken dat iemand welkom is
  3. Nodigt leerling uit om ergens te komen zitten
  4. Leeft zich in in hoe iemand zich voelt
Welk gedrag past bij een niet-empathische klas?
  1. Stelt geen vragen
  2. Laat iemand zich niet welkom voelen, reageert niet op diegene
  3. Niemand nodigt uit om erbij te zitten
  4. Leeft zich niet in in hoe iemand zich voelt

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
  • Hoe was het om de rol te spelen
  • Hoe was het om de klas binnen te komen? 
  • Wat was fijn?
  • Wat was niet leuk?
  • Iedereen wil begrepen en gezien worden!

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Vragen om je in te leven in een ander

Welke vragen kun je jezelf stellen als je je wil inleven in een ander (ook in personen waar je van nature minder een klik mee hebt)?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden
  • Hoe zou ik me voelen als ik dat mee zou maken?
  • Wat zou ik doen als ik in die situatie zat?
  • Hoe zou ik reageren als mij dat overkwam?
  • Wat kan maken dat iemand zo reageert?
  • Hoe zou ik het vinden als iemand zo tegen mij zou
    doen?
  • Hoe zou ik willen dat iemand zou reageren?
  • Hoe zou ik het vinden als dat mijn beste vriend,
    vriendin, zus, broer overkwam?
  • Hoe zou ik het vinden als iemand zo tegen mij
    deed zoals ik net tegen hem/haar heb gedaan?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions