Les 30 (07-02)

Cours du 7 février
Les 30
1 / 14
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Items in this lesson

Cours du 7 février
Les 30

Slide 1 - Slide

Programme
  • Presentie
  • Lesdoelen
  • Huiswerkcontrole
     - Blooket voca A en B
  • Paragraphe B
      - Klokkijken
      - 'Ma première semaine au collège 
         néerlandais'. 
  • Au travail!
  • Afsluiting
  • Les devoirs

Slide 2 - Slide

Presentie

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
Na de les....

...ken je een blog over naar school gaan in Nederland.

...kun je de kloktijden gebruiken.

...ken je woorden die te maken hebben met school.



Slide 4 - Slide

Husiwerkcontrole
Open je boek op p.102-105

Ik loop langs om het huiswerk te controleren. 

Slide 5 - Slide

Blooket A en B
Pak je telefoon. We gaan de woordjes van A en B even met elkaar herhalen. 

Slide 6 - Slide

Klokkijken
De grote wijzer geeft de minuten aan. In het voorbeeld wijst de grote wijzer 5 minuten aan.
De kleine wijzer geeft de uren aan. In het voorbeeld wijst de kleine wijzer de 4 aan.

De rode cijfers geven de uren van de dag aan.
De blauwe cijfers en bolletjes geven de minuten in een uur aan.
 

Slide 7 - Slide

Klok kijken
In het Frans zeggen ze eerst het
uur en daarna de hoeveelheid
minuten:
- Het is kwart over 4. 
> Il est 4 heures et quart
   (het is 4 uur en een kwartier)

Slide 8 - Slide

Als je wilt zeggen hoe laat het is begin je de zin met 
'Il est...'
Is het precies 1 uur > Il est une heure.
Is het precies 2 uur > Il est deux heures

Tussen het hele uur en het halve uur, komen er minuten 
bij en die worden gewoon achter het hele uur geplakt.

Tussen het halve en het hele uur, worden de minuten van 
het volgende hele uur afgetrokken, door het woordje moins 


Als je wilt zeggen hoe laat het is begin je de zin met 'Il est...'
 
Is het precies 1 uur > Il est une heure.
Is het precies 2 uur > Il est deux heures

Tussen het hele uur en het halve uur (groen), komen er minuten 
en kwartieren bij. Deze worden achter het hele uur geplakt met   'et'
> Il est quatre heures et quart (kwart over 4, 16.15 uur)
> Il est quatre heures et demie (half 5, 16.30 uur)

Tussen het halve en het hele uur (rood), worden de minuten van
het volgende hele uur afgetrokken, door het woordje 'moins'
> Il est quatre heures moins le quart (het is kwart voor 4, 15.45 uur)

Let op!  Bij zowel een kwart als bij een half uur, komt er ‘et’ (en) tussen. Een kwartier wordt aangegeven met quart en een half uur met demi.             



Slide 9 - Slide

Vervolg...
Je kunt het Franse klokkijken in de groene kant ook wel een beetje vergelijken met digitaal klokkijken:
2:30 uur (half 3)                                  Deux heures et demi (half 3)
2:15 uur (kwart over 2)                      Deux heures et quart (kwart over 2)

Maar in de rode kant van de klok juist niet. Deze kant maakt min sommetjes:

2:45 uur (kwart voor 3)                   Trois heures moins le quart (kwart voor 3)
                                                            > drie uur min 15
2:55 uur (vijf voor 3)                        Trois heures moins cinq (vijf voor 3)
                                                            > drie uur min 5

Slide 10 - Slide

Texte B: Blog
Laten we eens samen naar de tekst van paragraaf B kijken. 
Voorafgaand aan het lezen, wil ik jullie vragen om eerst eens alle kloktijden op te zoeken en te arceren. 5 minuten. 

Daarna:
Lees mee met de titel, inleiding en tussenkopjes. Deze tekst is een blog.
> Waar gaat de tekst over?
  • een Franse jongen die voor het eerst in Nederland naar school gaat.
   
> Wat geven de tussenkopjes aan?
  • De verschillen met de Franse school.   

Slide 11 - Slide

Au travail!
Maak de volgende oefeningen:
- ex 10a, b, c, d
- ex. 11

Klaar: leer de kloktijden
timer
15:00

Slide 12 - Slide

Afsluiting
Welke verschillen tussen een Nederlandse en Franse school vond jij het meest interessant?


Hoe laat begint de schooldag op het stadslyceum (zeg dit in het Frans).

Noem eens 2 woorden die te maken hebben met het thema school.



Slide 13 - Slide

Les devoirs
Maken voor de volgende les:
- ex 10a, b, c, d
- ex. 11

Apprendre kloktijden 

Slide 14 - Slide