Meetkunde 2b basis 3

1 / 60
next
Slide 1: Slide
Middelbare school

This lesson contains 60 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vlakke figuren
Ruimte figuren

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

H13 vlakke figuren

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Vlakke figuren

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Bij vlakke figuren

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Vlakke figuren

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

3B H4.2 Hoeken berekenen in driehoeken

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hoeken berekenen in symmetrische driehoeken

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 4, Meetkunde 2
Hoeken berekenen in driehoeken

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Par 1.2 

Hoeken berekenen in driehoeken

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hoeken berekenen
Doel: - Bepalen van hoeken in figuren en driehoeken


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Hoeken berekenen in driehoeken
Tel bij beide driehoeken de hoeken
bij elkaar op. 
Op hoeveel kom je uit?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Hoeken berekenen in meerdere driehoeken
Voorbeeld:
In de figuur hiernaast zie je driehoek
ABC. Bereken hoek C.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 1.3 Hoeken berekenen in driehoeken
Je leert de begrippen:
  • hoeken meten
  • hoeken tekenen
  • hoeken berekenen in een driehoek
  • hoekensom van een driehoek

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Wat heb je deze les geleerd?
  • Deze les heb je geoefend met het berekenen van hoeken in bijzondere driehoeken.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 6
- Hoeken berekenen in driehoeken en vierhoeken.
- Hoeken en zijden berekenen met gonio 
- Rekenen met pythagoras en controleren of driehoek rechthoekig is..
- Hellingspercentage.
- Oppervlakte berekenen van driehoek, cirkel en parallellogram.
- Hoeken tekenen en meten.
- Rekenen met vergrotingsfactor.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Terugblikken
Wat weten we tot dusver...
- Tekens voor even lang
- Tekens voor evenwijdig
- Scherpe hoeken
- Stompe hoeken
- Lijnsymmetrie 
- Gelijkbenige driehoeken + de eigenschappen
- Gelijkzijdige driehoeken + de eigenschappen
- Patroon
- Overstaande lijnen
- Schuifsymmetrie
- Hoeken berekenen in een driehoek


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

1.2: Hoeken berekenen in driehoeken


Bereken alle hoeken in deze driehoek:

Slide 18 - Slide

Denk aan notatie van Hoek A1 en dergelijke.
Vergeet niet hoek C12.

Start met welke hoeken er zijn, welke zijn bekend en reken de rest uit.
Hoeken berekenen in meerdere driehoeken
Uitwerking:
Hoek D1= 180 - 104 = 76 graden
(gestrekte hoek)

Hoek C= 180 - 50 - 76 = 54 graden
(hoekensom driehoek CDE)

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

H9 - Les 5: Hoeken berekenen

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Je weet al:
  • Dat een rechte hoek 90° en een gestrekte hoek 180° is
  • Dat overstaande hoeken even groot zijn
  • Dat de drie hoeken van een driehoek samen 180° zijn
  • Welke eigenschappen rechthoekige, gelijkbenige en gelijkzijdige   driehoeken hebben 
  • De vier hoeken van een vierhoek samen 360° zijn
  • Wat de eigenschappen zijn van de bijzondere vierhoeken:       vierkant,  rechthoek, parallellogram, trapezium, vlieger en ruit

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Hoeken berekenen
D U S  N I E T   M E T E N ! ! ! 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Driehoekensom
De drie hoeken van een driehoek zijn samen altijd 180°.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Gelijkbenige driehoek
In een gelijkbenige driehoek zijn de basishoeken gelijk.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Samen een gestrekte hoek

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Hoeken bij snijdende lijnen
Als twee lijnen elkaar snijden, worden er 4 hoeken gevormd.

2 hoeken die tegenover elkaar liggen, noemen we overstaande hoeken. Overstaande hoeken zijn  even groot.

2 hoeken die naast elkaar liggen, vormen samen een gestrekte hoek. Een gestrekte hoek is altijd 180°.

Met deze eigenschappen kunnen we de grootte van 3 hoeken berekenen als er 1 hoek gegeven is.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Overstaande hoeken

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Gestrekte hoek

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Bissectrice
De bissectrice of deellijn deelt een hoek precies doormidden.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Regels
Bij het berekenen van hoeken maak je gebruik van de volgende regels:
  • een rechte hoek is 90°
  • een gestrekte hoek is 180°
  • driehoekensom: in een driehoek zijn de drie hoeken samen altijd 180°
  • overstaande hoeken zijn gelijk
  • in een gelijkbenige driehoek zijn de basishoeken even groot
  • met lijn-, draai- en schufsymmetrie vind je gelijke hoeken

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Notatie
Schrijf op 1 regel eerst de hoek die je wil berekenen, dan je berekening, gevolgd door je uitkomst. Zet achter je uitkomst tussen haakjes welke regel je hebt gebruikt. En denk aan de ° - tekens!





Slide 31 - Slide

This item has no instructions


A
C=360°180°50°=130°
B
C=180°60°50°=70°
C
C=A=50°
D
C=180°90°50°=40°

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions


A
115°
B
155°
C
205°
D
285°

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Ik kan hoeken berekenen in driehoeken.

A
Ja
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog wat hulp nodig.
D
Nee, ik snap er eigenlijk nog niets van.

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Ik kan hoeken berekenen bij snijdende lijnen.

A
Ja
B
Ja, maar ik moet nog wel oefenen.
C
Nee, ik heb nog wat hulp nodig.
D
Nee, ik snap er eigenlijk nog niets van.

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Driehoeken tekenen

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 25)
timer
3:00

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 29)
timer
3:00

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 29)
timer
3:00

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 25)
timer
3:00

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 31)
timer
3:00

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 31)
timer
3:00

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

3-3 Driehoeken tekenen

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 25)
timer
3:00

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 29)
timer
3:00

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 26)
timer
3:00

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken tekenen (blz. 29)
timer
3:00

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Driehoeken Tekenen
Nodig:
Passer, potlood, lengtematen

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Welkom
Schaal en Schaallijn

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Schaal en schaallijn 4B 6O en 6P

Slide 50 - Slide

This item has no instructions

De schaal bepalen bij een schaallijn en een schaallijn tekenen.

Slide 51 - Slide

This item has no instructions

Aan het einde van de les kunnen jullie...

... berekeningen uitvoeren met schaal en schaallijn.


Slide 52 - Slide

This item has no instructions

Schaal en schaallijn
S
Deze schaallijn is 5 cm lang. 
Welke schaal hoort hierbij?

Eerst omrekenen naar cm: 50 km = 500 000 cm
Hoeveel cm is 1 cm in werkelijkheid?  500 000 : 5 = 100 000

Schaal 1 : 100 000

Slide 53 - Slide

This item has no instructions

Schaal en schaallijn
S
Deze schaallijn is 5 cm lang. 
Welke schaal hoort hierbij?

Eerst omrekenen naar cm: 50 km = 500 000 cm
Hoeveel cm is 1 cm in werkelijkheid?  500 000 : 5 = 100 000

Schaal 1 : 100 000

Slide 54 - Slide

This item has no instructions

Belangrijke dingen om te weten
  • Schaal 1:500000. Wat staat hier eigenlijk? En wat betekent het?
  • Werkelijke afstand en hemelsbreed
  • Schaallijn
  • Verschil schaal en schaallijn
  • Omzetting van schaal naar schaallijn en andersom

Slide 55 - Slide

This item has no instructions

8.4 schaal
             Wat leer je in deze les?

Je leert een schaalmodel (afbeelding) naar de werkelijkheid te berekenen.
Je leert de verhouding tussen schaal en de vergrotingsfactor.
Je een schaallijn tekenen.

Slide 56 - Slide

This item has no instructions

Kaart en schaal
Schaal 1: 500.000 betekent 
1 cm op de kaart is 500.000 cm in het echt dus 
1 cm op de kaart = 5 km in het echt
(schaallijn)

Vuistregel:

afstand over de weg = afstand hemelsbreed x 1,2

Slide 57 - Slide

This item has no instructions

2.1: Koers en kaart

Op een kaart wordt meestal met een schaal gewerkt.

  • Wat betekent schaal 1 : 800 000?
  • Hoeveel is dan 5,5 cm op de kaart?
  • Bij een schaal kun je ook een schaallijn tekenen. Bij bovenstaand voorbeeld ziet dit er zo uit:
  • Hiermee kun je de afstanden makkelijker schatten.
  • Dit is lastig als je de afstand over de weg wilt weten. Vuistregel:
    afstand over de weg        1,2 x afstand hemelsbreed


Slide 58 - Slide

This item has no instructions

Wat leer je?

Aan het eind van deze les kun je:

met schaal rekenen en een schaallijn tekenen (8.4)

 de formule om de oppervlakte van het beeld en de inhoud van het beeld uit te rekenen toepassen. (8.5)



HAVO:  Je kunt omrekenen van oppervlakte naar vergrotingsfactor.


Slide 59 - Slide

This item has no instructions

2.1: Koers en kaart

Op een kaart wordt meestal met een schaal gewerkt.

  • schaal 1 : 800 000 betekent "1 cm op de kaart is in het echt 800 000 cm".
  • Je weet 800 000 cm = 8 km
  • Dus je kunt ook zeggen "1 cm op de kaart is in het echt 8 km."
  • Bijvoorbeeld 3 cm op de kaart is 3 x 8 = 24 km in het echt.
  • Bij een schaal kun je ook een schaallijn tekenen. Bij bovenstaand voorbeeld ziet dit er zo uit:

  • Hiermee kun je de afstanden makkelijker schatten.

Slide 60 - Slide

This item has no instructions