18-1-22 Goederen H4 RS2A

1 / 28
next
Slide 1: Slide
RetailMBOStudiejaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Nakijken opgave 19, blz 166

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Besteleenheid
De minimale hoeveelheid waarin het artikel kan worden besteld bij de leverancier. Bijvoorbeeld: flesjes bronwater kunnen per twaalf worden besteld.

Slide 6 - Slide

Wat is waar?
A
De besteleenheid is altijd hetzelfde als de verpakkingseenheid
B
De besteleenheid is vaak hetzelfde als de verpakkingseenheid

Slide 7 - Quiz

Bestelmoment
= Het moment waarop je een bestelling doet.
Dit kan een vast moment zijn. Bijv. Elke maandagmiddag
Dit kan ook variabel moment zijn. Bijv. als het voorraadniveau de minimale hoeveelheid (de minimale voorraad) bereikt

Slide 8 - Slide

Geef een voorbeeld van een product waarbij het bestelmoment variabel is.

Slide 9 - Open question

Bestelfrequentie
Het aantal keer dat een winkel per periode een bestelling plaatst.
Bijvoorbeeld:
Een schoenwinkel plaatst per jaar 24 bestellingen

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Wat houdt de bestelfrequentie in?
A
Het aantal malen per periode dat er wordt besteld
B
De grootte van de bestelling per bestelling
C
Het aantal malen dat er kan worden geleverd per periode

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Bestelkosten
Verzendkosten/transportkosten:
- Vrachtwagen / chauffeur / benzine /post.nl / enzovoorts
Personeelskosten:
- Personeel dat de bestelling plaatst
Administratiekosten:
- Software / Hardware / Administrateur / enzovoorts

Slide 14 - Slide

Waar of niet?:
Als de bestelgrootte hoger is, zakken de bestelkosten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Maken opgave
Maak opgave 22a,b en c op bladzijde 167 

Slide 16 - Slide

Optimale bestelgrootte
De per keer te bestellen hoeveelheid artikelen, waarbij de som van de voorraadkosten en bestelkosten het laagst is.

Slide 17 - Slide

Bestel -en Voorraadkosten
Hoe lager de bestelgrootte:
- Hoe hoger de bestelfrequentie
- Hoe hoger de bestelkosten
- Hoe lager de voorraadkosten 
Hoe hoger de bestelgrootte:
- Hoe lager de bestelfrequentie:
- Hoe lager de bestelkosten
- Hoe hoger de voorraadkosten

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Wat houdt de veiligheidsvoorraad in?

Slide 22 - Open question

Wat houdt het bestelpunt in?

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide